1.2 - Opslag
De motoren moeten voor gebruik onder de volgende om-
standigheden worden opgeslagen:
- Beschut tegen vocht: Bij een vochtigheidsgraad van
meer dan 90 % kan de isolatie van de machine zeer snel
afnemen. Bij 100 % vochtigheid kan ze zelfs nagenoeg
verdwijnen. Houd de toestand van de roestwerende laag
van de niet-geverfde delen in het oog.
Voor langdurige opslag kan de motor bewaard worden in
een gesloten hoes (uit thermoplastisch plastiek bijvoor-
beeld) met binnenin dehydratatiezakjes.
- Beschut tegen temperatuurschommelingen: Bij veel
grote temperatuurschommelingen kan er condensatie
ontstaan. Verwijder daarom de afvoerdopjes zodat het
condensatiewater kan weglopen.
- Beschut tegen trillingen: In een omgeving met trillingen
moet de motor op een schokdempende plaat (uit rubber
bijvoorbeeld) staan en de rotor moet om de twee weken
een fractie van een toer gedraaid worden, om te vermij-
den dat de lagerringen ingedrukt raken.
- Met de blokkeerinrichting van de rotor op haar plaats
(bij rollagers).
Ook als de motor in de juiste omstandigheden opgesla-
gen werd, moet u een paar zaken controleren voor de
motor begint te gebruiken:
Smeren
Niet-nasmeerbare lagers
Maximale opslagperiode: 3 jaar. Daarna moeten de la-
gers vervangen worden (zie § 6.3).
Nasmeerbare lagers
Smeervet
Smeervet
graad 2
graad 3
minder dan
minder dan
De motor hoeft niet opnieuw
6 maanden
1 jaar
gesmeerd te worden.
meer dan
meer dan
Smeer de motor voor gebruik
6 maanden
1 jaar
zoals beschreven in § 3.1.
minder dan
minder dan
1 jaar
2 jaar
meer dan
meer dan
Demonteer het lager.
1 jaar
2 jaar
- Reinig het.
minder dan
minder dan
- Vet het volledig in.
5 jaar
5 jaar
meer dan
meer dan
Vervang het lager.
5 jaar
5 jaar
- Vet het volledig in.
Smeervetten die LEROY-SOMER gebruikt:
(zie typeplaatje) :
graad 2: KYODO SRL2 - ELF CHEVRON SRI 2
graad 3: ESSO UNIREX N 3 - SHELL ALVANIA G3
2 - MONTAGE-INSTRUCTIES
Alvorens de motor te installeren, moet u zich
ervan verzekeren dat hij compatibel is met zijn
omgeving. Deze compatibiliteit moet tevens
verzekerd worden tijdens de volledige gebruiks-
duur van de motor.
Elektrische motoren zijn industriële producten. Ze
mogen alleen door bevoegd, bekwaam en ervaren
personeel geïnstalleerd worden. Voor de motor in
de machine geplaatst wordt, moeten alle perso-
nen, dieren en zaken in veiligheid zijn (zie gelden-
de normen).
6
Gesloten driefase
kortsluitanker en sleepring
asynchroonmotoren
2.1 - Isolatie controleren
Het is raadzaam om voor u de motor
begint te gebruiken, de isolatie tussen
de fasen en de massa en tussen de fasen
onderling te controleren.
Deze controle is noodzakelijk wanneer de motor langer
dan zes maanden of in een vochtige omgeving opgesla-
gen werd.
U meet de isolatie met een 500 Vdc megohmmeter (ge-
bruik geen systeem dat werkt met magneten). Probeer
het eerst eens onder 30 of 50 volt. Als de isolatie hoger
is dan 1 megohm, kunt u gedurende 60 seconden een
tweede meting onder 500 volt uitvoeren. De isolatiewaar-
de moet minimaal 10 megohm koud bedragen. Als deze
waarde niet bereikt wordt of als de motor blootgesteld is
geweest aan waterspatten, stuifwater of gedurende lan-
gere tijd aan een hoge vochtigheidsgraad of als hij met
condensatiewater bedekt is, moet u de stator gedurende
24 uur laten uitdrogen in een droogoven bij een tempera-
tuur van 110 tot 120 °C.
Als u de motor niet in een droogoven kunt behandelen,
moet u hem:
- gedurende 12 uur voeden met driefasewisselstroom-
spanning van ongeveer 10 % van de nominale spanning
terwijl de rotor geblokkeerd of voor sleepringmotoren
kortgesloten is. (Gebruik een inductieregelaar of een
spanningsverlagende trafo met instelbare uitgangen.)
- voeden met gelijkstroom, de drie fasen in serie met een
spanning van 1 tot 2 % van de nominale spanning. (Ge-
bruik een gelijkstroomgenerator met gescheiden opwek-
king of accu's voor motoren van minder dan 22 kW.)
- NB: Controleer de wisselstroom met een ampèretang
en de gelijkstroom met een shuntampèremeter. De
stroom mag niet hoger zijn dan 60 % van de nominale
stroom.
Plaats een thermometer op de behuizing van de motor.
Voor elke 10 °C boven 70 °C, moet u de opgegeven
spanningen of stroomsterktes verlagen met 5 % van de
oorspronkelijke waarde.
Tijdens het drogen moeten alle openingen van de motor
vrij zijn (klemmenkast, ontluchtingsopeningen).
Opgelet: Voor de verzending werd de isola-
tie getest in de fabriek. Een eventuele her-
haling van de test moet worden uitgevoerd tegen
de helft van de genormaliseerde spanning: 1/2
(2U+1000V). Sluit de klemmen pas aan op de mas-
sa als het capaciteitseffect van de isolatietest uit-
gewerkt is.
Dit geldt voor alle motoren voor ze voor het
eerst gebruikt worden:
Laat de motor 2 tot 5 minuten stationair draaien,
zonder mechanische belasting, en ga na of u
geen abnormale geluiden hoort. Raadpleeg § 5
als u toch iets abnormaals hoort.