VOORDAT U DE MOTOR START
WAARSCHUWING
begint, dient u de informatie met betrekking
tot brandstof in de veiligheidsvoorschriften
te lezen. Indien u de veiligheidsvoorschriften
niet begrijpt, dient u uw apparaat niet te voor-
zien van brandstof. Neem contact op met
een erkende servicedealer.
HET ZAAGBLAD EN DE KETTING
SMEREN
WAARSCHUWING
en de ketting dienen voortdurend te worden
gesmeerd.
Voor de smering wordt gezorgd door het auto-
matische smeersysteem wanneer de olietank
gevuld blijft. Zonder olie gaan het zaagblad en
de ketting zeer snel stuk. Te weinig olie leidt tot
oververhitting, hetgeen zichtbaar wordt door
het ontstaan van rook bij de ketting en/of een
verkleuring van het zaagblad.
Voor het smeren van het zaagblad en de ket-
ting dient u alleen zaagblad- - en kettingolie te
gebruiken.
Dop
Oliedop
brandstofmengsel
MOTOR VAN BRANDSTOF VOOR-
ZIEN
Verwijder de brandstofdop langzaam bij het op-
vullen met brandstof.Deze motor werkt gega-
randeerd op ongelode benzine. Voor gebruik
dient de benzine te worden gemengd met mo-
torolie van goede kwaliteit voor luchtgekoelde
tweetaktmotoren. Door ons wordt de olie ge-
mengd op een verhouding 40:1 (2,5%). Een
verhouding van 40:1 wordt verkregen door 5 li-
ter ongelode benzine te mengen met 0,125 liter
olie. GEBRUIK GEEN olie voor auto's of bo-
ten. Deze soorten olie beschadigen de motor.
Bij het mengen van brandstof moeten de op de
oliecontainer gedrukte instructies worden op-
gevolgd. Nadat olie aan de benzine is toege-
voegd, moet de container kortstondig worden
geschud om te verzekeren dat de brandstof-
grondig vermengd wordt. Lees altijd de veilig-
heidsvoorschriften over brandstof en volg ze
op, voordat u uw apparaat van brandstof voor-
ziet.
BELANGRIJK
Ervaring leert dat met alcohol gemengde
brandstoffen (gasohol genaamd of met behulp
van ethanol of methanol) kunnen tijdens de op-
slag vocht aantrekken, hetgeen tijdens opslag
leidt tot de scheiding van het brandstofmengsel
en de vorming van zuren. Zuurhoudend gas
kan tijdens de opslag het brandstofsysteem
BEDIENING
van een motor beschadigen. Om motorproble-
men te vermijden, dient u het brandstofsys-
teem leeg te maken voordat u het apparaat
: Alvorens u
voor 30 dagen of meer opslaat. Laat de brand-
stoftank leeglopen, start de motor en laat deze
lopen totdat de brandstofleidingen en de carbu-
rator leeg zijn. Gebruik in het volgende seizoen
nieuwe brandstof. Gebruik nooit reinigingspro-
ducten voor motor of carburator in de brand-
stoftank, anders kan er permanente schade
ontstaan.
KETTINGREM
Indien de rem reeds is geactiveerd, wordt
: Het zaagblad
deze uitgeschakeld door de voorste hand-
bescherming zover mogelijk naar de voorste
handgreep te trekken. Bij het zagen met de
kettingzaag, dient de kettingrem niet te zijn
geactiveerd.
WAARSCHUWING
mag niet bewegen wanneer de motor stationair
draait. Als de ketting beweegt bij het stationair
draaien, raadpleegt u CARBURATOR AF-
STELLEN in deze handleiding. Raak de ge-
luiddemper niet aan. Een hete geluiddemper
kan ernstige brandwonden veroorzaken.
Om de motor te stoppen beweegt u de
schakelaar naar de stand STOP of UIT.
Om de motor te starten houdt u de zaag
stevig tegen de grond, zoals in de onders-
taande afbeelding staat aangegeven. Zorg
ervoor dat de ketting zonder belemmering
kan ronddraaien.
Gebruik iedere keer dat u trekt slechts
40- -45 cm van het koord.
Houd de zaag stevig vast wanneer u
aan het startkoord trekt.
BELANGRIJKE PUNTEN OM TE
ONTHOUDEN
Wanneer u aan het startkoord trekt, dient u
niet de volledige lengte van het koord te ge-
bruiken omdat dit het koord kan doen bre-
ken. Laat het startkoord niet terugschieten.
Houd de handgreep vast en laat het koord
langzaam oprollen.
Om te starten bij koud weer, start u de ket-
tingzaag met de choke volledig open; geef
de motor de gelegenheid op te warmen voor-
dat u de gashendel inknijpt.
OPMERKING
hendel voor de choke/hendel voor snel sta-
tionair lopen in de stand VOLLEDIG (FULL
CHOKE) staat.
26
: De ketting
: Zaag geen materiaal terwijl