Werking
Een vlotter opent afhankelijk van het niveau de
opening van de afsluiter. Daardoor wordt de
afvoerhoeveelheid geregeld. Bij maximale opening
hangt de afvoerhoeveelheid af van de doorsnede
van het gemonteerde afsluitorgaan (AO).
Wanneer de vlotter (6) bij toenemend niveau wordt
opgetild, wordt eerst de naald (19) uit de pilotklep
(18) getrokken.
Daardoor stroomt een kleine hoeveelheid medium
door de pilotklep.
Door het medium wordt de balg van de regelunit
samengedrukt. Daardoor wordt het afsluitorgaan
(20) volledig geopend.
Apparaten met de regelunit SIMPLEX zijn bijzonder
goed geschikt voor koud condensaat en oververhitte
stoom.
Apparaten met regelunit DUPLEX zijn bovendien
bedoeld voor het ontluchten van de installatie. De
regelunit DUPLEX bestaat uit de vlotter en een extra
temperatuurafhankelijke ontluchting. De ontluchting
wordt daarbij door een membraan geregeld.
Apparaten met deze regelunit zijn bijzonder goed
geschikt voor verzadigde stoominstallaties. Bij
apparaten met regelunit DUPLEX mag de
oververhitting van de stoom aan het
regelmembraan maximaal 5 K bedragen.
Met de optionele hand-beluchtingsinrichting kunt u
de vlotter handmatig optillen.
Met het optionele handontluchtingsventiel kunt u de
leiding handmatig ontluchten.
11