het gehele oppervlak van het bereidings-
compartiment met een gewone verneve-
laar en reinig het gehele oppervlak met
de hand met een niet-schurende spons.
Spoel het reinigingscompartiment na
afloop van de handeling grondig af (ge-
bruik geen waterstralen onder druk, geen
directe of stoomreinigers) met drinkwater.
Na het voltooien van de beschreven
handelingen met een niet-schurende
doek zorgvuldig drogen. Herhaal indien
nodig de eerder beschreven verrichtin-
gen voor een nieuwe reinigingscyclus.
Bij de voorziene modellen - Con-
troleer regelmatig in welke mate de
opvangbak vol raakt, om overlopen
te vermijden
Maak indien nodig leeg: trek de bak uit
zijn zitting, spoel uit en droog af. Plaats
terug in de zitting
Vochtresten die op de plaat/platen
achterblijven kunnen de werking
van het apparaat schaden door
vroegtijdige slijtage van de plaat/platen
te veroorzaken.
Om alle vochtresten weg te nemen moet
men na de handelingen van gewoon
onderhoud het toestel aanzetten en
gedurende circa 2/3' op minimum laten
werken vooraleer uit te schakelen (zie
hfdst. Gebruiksaanwijzingen - Inscha-
kelen/uitschakelen).
DAGELIJKSE SCHOONMAAK VAN
DE OVEN
Naargelang het apparaat
moet men het volgende
wegnemen: roosters,
ovenschalen of andere
verwijderbare voorwerpen
uit de bereidingskamer. De bereidings-
kamer gedurende circa 20' opwarmen.
Open de deur om de bereidingskamer
enkele seconden te laten afkoelen.
Met behulp van een gewone vernevelaar
de schoonmaakvloeistof over het gehele
binnen-oppervlak aanbrengen en het
oppervlak met een niet-schurende spons
zorgvuldig schoonmaken.
Daarna de bereidingskamer overvloe-
DEZE HANDLEIDING IS EIGENDOM VAN DE FABRIKANT EN ELKE, OOK GEDEELTELIJKE, REPRODUCTIE IS VERBODEN.
dig naspoelen met drinkbaar water
(gebruik geen waterstralen onder druk,
rechtstreeks gerichte waterstralen of
stoomreinigers). Na het voltooien van
de beschreven handelingen met een
niet-schurende doek zorgvuldig drogen.
Herhaal indien nodig de eerder be-
schreven verrichtingen voor een nieuwe
reinigingscyclus.
Maak ook het materiaal dat voordien uit
de bereidingskamer werd weggenomen
(roosters, ovenschalen, mandjes of
andere verwijderbare voorwerpen) met
schoonmaakmiddel en drinkbaar water
schoon, grondig naspoelen en alles
afdrogen vooraleer terug op zijn plaats
te zetten.
Om alle vochtresten weg te nemen moet
men na de handelingen van gewoon
onderhoud het toestel aanzetten en
gedurende circa 20' op minimum laten
werken vooraleer uit te schakelen (zie
hfdst. Gebruiksaanwijzingen - Inscha-
kelen/uitschakelen).
SCHOONMAAK VOOR LANGDURI-
GE BUITENDIENSTSTELLING
Zie hfdst. 5 / Handelingen voor buiten-
dienststelling / Langdurige buitendienst-
stelling.
De apparatuur en ruimten regelmatig
ventileren.
SAMENVATTENDE TABEL / FRE-
QUENTIE / PROBLEMEN OPLOS-
SEN
Raadpleeg hoofdstuk 2 "Taken en
kwalificaties" alvorens verder te
gaan met de werkzaamheden
Indien er een defect optreedt moet
de algemene bediener een eerste
onderzoek verrichten en, indien hij
daarvoor bevoegd is, de oorzaken van
de storing wegnemen en de correcte
werking van de apparatuur herstellen.
Indien het niet mogelijk is de oor-
zaak van het probleem te verhel-
pen, schakel dan het apparaat uit,
koppel het los van de elektriciteitsvoor-
ziening en sluit alle voedingen; raad-
pleeg vervolgens de bevoegde techni-
- 18 -
ONDERHOUD