Er is een niet-compatibele geheugenkaart geplaatst.
De geheugenkaart is beschadigd.
De contactpunten van de geheugenkaart zijn vuil.
Geheugenkaart vergrendeld.
U gebruikt een geheugenkaart met een schrijfbeveiligingsschakelaar of een
wisbeveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Zet de schakelaar in de
stand voor opnemen.
Kan de sluiter niet openen aangezien de geheugenkaart niet is geplaatst.
Er is geen geheugenkaart geplaatst.
Om de sluiter te ontspannen zonder dat een geheugenkaart in de camera is
geplaatst, stelt u [Opn. zonder geh.krt.] in op [Inschakelen]. In dit geval worden de
beelden niet opgeslagen.
Op deze geheugenkaart kunt u mogelijk niet normaal opnemen en afspelen.
Er is een niet-compatibele geheugenkaart geplaatst.
Beeldweergave onmogelijk.
Beelden die zijn opgenomen met een ander apparaat of beelden die zijn gewijzigd
op een computer, kunnen mogelijk niet worden weergegeven.
Bewerking op een computer, zoals het wissen van beeldbestanden, kunnen leiden
tot inconsistenties in de beelddatabasebestanden. Repareer de
beelddatabasebestanden.
Camera te warm. Laat camera afkoelen.
Het apparaat is heet geworden omdat u zonder onderbreking opnamen hebt
gemaakt. Zet het apparaat uit. Laat het apparaat afkoelen en wacht totdat het
apparaat weer klaar is voor gebruik.
U hebt gedurende een lange tijd beelden opgenomen, waardoor de temperatuur van
het apparaat is opgelopen. Stop met het opnemen van beelden totdat het apparaat
is afgekoeld.
Opnemen niet beschikbaar in dit filmformaat.
Stel [
Bestandsindeling] in op [MP4].
Het aantal beelden waarvoor databeheer in een databasebestand door het apparaat
mogelijk is, is overschreden.