WINTERGEBRUIK
1. Controleer of de ventilatieroosters en de rookgasuitlaat
niet geblokkeerd zijn met sneeuw, bladeren of iets
dergelijks.
2. Wanneer de omgevingstemperatuur daalt onder +8˚C,
moet de winterbescherming (apart beschermluik)
worden gemonteerd. Dit beschermt de koelkast tegen
al te koude lucht.
Het wordt ook aanbevolen de winterbescherming te
gebruiken als het voertuig gedurende een langere periode
niet wordt gebruikt.
SCHOONMAKEN VAN DE KOELKAST
Maak de koelkast regelmatig schoon zodat die fris en
hygiënisch blijft. Zet eerst de koelkast uit. Maak
vervolgens de binnenkant en de inrichting schoon met een
doek die vochtig is gemaakt en uitgewrongen is in een
oplossing bestaande uit een theelepeltje soda op een
halve liter handwarm water.
Gebruik nooit schoonmaakmiddel, schuurpoeder, sterk
geparfumeerde producten of waspolish voor het
schoonmaken van de binnenkant van de koelkast,
aangezien zulke middelen de oppervlakken kunnen
beschadigen en een sterke geur kunnen achterlaten.
De buitenkant moet met een vochtige doek en een mild
schoonmaakmiddel worden afgenomen. Echter niet de
deurlijst. Het koelapparaat op de achterkant van de kast
moet zo nu en dan worden schoongemaakt met behulp
van een borstel, maar let erop dat de koelkast afgesloten
is als dit gebeurt.
WARMTEKABEL
Gedurende de zomermaanden met een hoge temperaturen
en luchtvochtigheid, kan er condens worden gevormd op
het metalen raamwerk tussen het vriesvak en de
koelruimte. De koelkast is voorzien van een 12 V-
warmtekabel om condensvorming te voorkomen.
Om de verwarmingskabel aan te zetten, moet de
schakelaar (E) worden ingedrukt. De verwarmingskabel
kan constant aan staan of alleen indien nodig. Het
controlelampje (B) brandt zodra de verwarmingsfunctie
aan staat.
LET OP! De warmtekabel trekt continu 12 V stroom in
stand (I). Die dient uitgezet te worden als de accu geen
lading krijgt.
B
OFF
E
WINTERGEBRUIK
Controleer of de ventilatieroosters niet afgedekt zijn door
stuifsneeuw, bladeren e.d. Het ventilatierooster van het
model L500, kan worden voorzien van winterluiken, model
WA130, die het koelapparaat tegen al te koude lucht
beschermen. De winterluiken kunnen gemonteerd worden
als de buitentemperatuur lager is dan ca. +10˚C en moet
gemonteerd zijn als het vriest. Wij bevelen aan dat de luiken
gemonteerd zijn, als het voertuig in de winterstalling gaat.
Instructieboek KABE 2006/1 • 63/95
B = Controlelampje
verwarmingskabel
E = Schakelaar
verwarmingskabel