B. Droog het schuimelement door dit te wikkelen
in een schone doek. Knijp de doek en het
schuimelement uit om het element droog te laten
worden, zonder te wringen omdat het schuim dan
kan scheuren.
C. Drenk het schuimelement door en door in schone
motorolie. Knijp het element uit om overtollige
olie te verwijderen en de olie goed te verdelen.
Het schuimelement moet vochtig zijn van de olie.
8. Maak het papierelement schoon door het filterelement
verschillende keren op een hard oppervlak te kloppen
om het vuil te verwijderen.
Opmerking: Gebruik nooit een borstel of perslucht
om vuil van het element te verwijderen: borstelen zorgt
ervoor dat het vuil in de vezels dringt en perslucht
beschadigt het papieren filter.
9. Monteer het schuimelement, het papierelement en het
luchtfilterdeksel.
Belangrijk: Gebruik de motor niet zonder
het luchtfilterelement omdat dit kan leiden tot
overmatige slijtage en beschadiging van de motor.
Onderhoud van de bougie
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—De bougie
controleren/afstellen.
Om de 300 bedrijfsuren—Bougie vervangen.
Type: NGK BPR6ES bougie of een bougie van een
equivalent type.
Elektrodeafstand: 0,7 to 0,8 mm
1. Maak de bougiekabel los van de bougie (Figuur 17).
1
1. Bougiekabel
2. Reinig de omgeving van de bougie en verwijder de
bougie uit de cilinderkop.
Figuur 17
Belangrijk: Als de bougie gebarsten of vuil
is, moet deze worden vervangen. U mag de
elektroden niet zandstralen, afkrabben of reinigen
omdat hierdoor gruis kan losraken en in de cilinder
terechtkomen. Dit kan leiden tot beschadiging
van de motor.
3. Zorg ervoor dat de elektrodeafstand 0,7
tot 0,8 mm bedraagt
(Figuur 18).
1. Massa-elektrode
2. Centrale elektrode
4. Monteer de bougie met de juiste elektrodeafstand
manueel. Ga voorzichtig te werk om te voorkomen dat
deze scheef wordt ingedraaid.
5. Als de bougie helemaal ingedraaid is, gebruikt u een
bougiesleutel om de bougie vast te draaien en de
afdichtring samen te drukken.
•
Een nieuwe bougie moet u nog een halve slag
vastdraaien nadat u ze hebt geplaatst om de ring
in te drukken.
•
Als u de oorspronkelijke bougie terugplaatst, draai
deze dan nog 1/8 tot 1/4 slag vaster nadat u de
bougie hebt geplaatst om de ring in te drukken.
Opmerking: Een losse bougie kan de motor
oververhitten en beschadigen. Als u de bougie te
strak vastdraait, kan de schroefdraad in de cilinderkop
beschadigd raken.
6. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
G019905
20
1
2
3
Figuur 18
3. Isolator
4. 0,7 tot 0,8 mm
4
G019300