Inhoudsopgave
Advertenties
3 Moduletypes
3.1 BlueLinQ DI-12 module (CA 811)
De BlueLinQ DI-12 heeft 12 geïsoleerde digitale ingangen. Er zijn 6 4-weg gebruikersaansluitingen en elk heeft een paar
geïsoleerde digitale ingangen.
Aantal ingangen (DI):
Ingangsweerstand:
Ingangsspanning:
Min. logisch LAAG-niveau:
Max. logisch HOOG-niveau:
Max. pulsfrequentie:
Positie
Functie
DI1:1
11
DI2:1
12
V-
13
CMN1
14
Het ingangspaar op elke connector is galvanisch geïsoleerd van de rest van de module, d.w.z. de CMNx is intern niet
verbonden met V-. Signaalkabels die van veraf gelegen sensoren met lange kabels komen, moeten een overspannings-
en transiëntbeveiliging hebben.
De onderstaande afbeelding laat zien hoe de digitale ingangen moeten worden aangesloten als galvanische scheiding
vereist is.
Opmerking: CMNx moet worden verbonden met de negatieve kant van het ingangssignaal.
Wanneer galvanische scheiding niet vereist is, kunnen de units worden aangesloten zoals hieronder weergegeven.
Opmerking: CMN(x) moet extern met V- verbonden worden voor ingangen die een gemeenschappelijke voeding
gebruiken zoals de BlueLinQ Pro.
LED-status
Kanaalstatus
81307176-05
12 (Configureerbare logica)
8.2 kΩ
0-30 VDC
1.5 VDC
6 VDC
1 kHz (pulskanalen)
Positie
Functie
Positie
DI3:2
21
31
DI4:2
22
32
V-
23
33
CMN2
24
34
Off
Laag
Functie
Positie
Functie
DI5:3
DI7:4
41
DI6:3
DI8:4
42
V-
V-
43
CMN3
CMN4
44
CMN(a)
CMN(a)
Kanaalindicator
On
Knippert met frequentie van inkomende puls
Hoog
Geconfigureerd als pulskanaal
Positie
Functie
Positie
DI9:5
51
61
DI10:5
52
62
V-
53
63
CMN5
54
64
Apparaat
met
externe
voeding
Functie
DI11:6
DI12:6
V-
CMN6
7
Advertenties
Inhoudsopgave
