Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Informatie In Een Positiemelding Bewerken; Een Oproep Met Een Positiemelding Verwijderen; Sporen Van Schepen Weergeven Op De Kaart; Persoonlijke Standaardoproepen - Garmin GPSMAP 16x3 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor GPSMAP 16x3:
Inhoudsopgave

Advertenties

Informatie in een positiemelding bewerken

1 Selecteer vanuit een kaart of 3D-kaartweergave
TIP: U hebt snel toegang tot de DSC-lijst vanuit het bericht- en waarschuwingsmenu
waarschuwingen,
pagina 160).
2 Selecteer een oproep met een positiemelding.
3 Selecteer Bekijk > Wijzigen.
• Selecteer Naam om de naam van het schip in te voeren.
• Selecteer Symbool om een nieuw symbool te selecteren, indien beschikbaar.
• Selecteer Opmerking om een opmerking in te voeren.
• Selecteer Sporen om een lijn weer te geven die het spoor van het schip aangeeft als uw marifoon de
positie van het schip bijhoudt.
• Selecteer Lijn van spoor om een kleur voor de lijn van het spoor te kiezen.
Een oproep met een positiemelding verwijderen
1 Selecteer vanuit een kaart of 3D-kaartweergave
TIP: U hebt snel toegang tot de DSC-lijst vanuit het bericht- en waarschuwingsmenu
waarschuwingen,
pagina 160).
2 Selecteer een oproep met een positiemelding.
3 Selecteer Bekijk > Wijzigen > Wis rapport.

Sporen van schepen weergeven op de kaart

U kunt in sommige kaartweergaven de sporen weergeven van alle schepen waarvan u de positie bijhoudt.
Standaard geeft een zwarte lijn het pad van het schip, een zwarte stip elke eerder gemelde positie van een schip
waarvan u de positie bijhoudt en een blauwe vlag de laatst gemelde positie van het schip aan.
1 Selecteer vanuit een kaart of 3D-kaartweergave Opties > Lagen > Overige schepen > DSC > DSC-sporen.
2 Selecteer het aantal uren dat schepen waarvan u de positie bijhoudt worden weergegeven op de kaart.
Als u bijvoorbeeld 4 uur selecteert, worden alle punten van sporen (van minder dan vier uur oud) voor
bijgehouden schepen op de kaart weergegeven.
Persoonlijke standaardoproepen
Wanneer u de kaartplotter aansluit op een Garmin marifoon, kunt u de interface van de kaartplotter gebruiken
voor het uitvoeren van persoonlijke standaardoproepen.
Wanneer u een persoonlijke standaardoproep uitvoert vanaf de kaartplotter, kunt u het gewenste DSC-kanaal
selecteren voor de communicatie. De marifoon verzendt dit verzoek tegelijk met uw oproep.

Een DSC-kanaal selecteren

OPMERKING: De keuze van een DSC-kanaal is beperkt tot de kanalen die beschikbaar zijn op alle
frequentiebanden. Het standaardkanaal is 72. Als u een ander kanaal selecteert, gebruikt de kaartplotter dat
kanaal voor alle volgende oproepen, totdat u een oproep uitvoert via een ander kanaal.
1 Selecteer vanuit een kaart of 3D-kaartweergave
TIP: U hebt snel toegang tot de DSC-lijst vanuit het bericht- en waarschuwingsmenu
waarschuwingen,
pagina 160).
2 Selecteer een schip of een station dat u wilt oproepen.
3 Selecteer Bekijk > Oproepen met radio > Kanaal.
4 Selecteer een beschikbaar kanaal.
Digital Selective Calling (DSC)
> Lagen > Overige schepen > DSC > DSC-lijst.
> Lagen > Overige schepen > DSC > DSC-lijst.
> Lagen > Overige schepen > DSC > DSC-lijst.
(Berichten en
(Berichten en
(Berichten en
131

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Gpsmap 12x3Gpsmap 9x3Gpsmap 7x3

Inhoudsopgave