Aanwezigheidsmelder thePrema S360 KNX
Object
Objectnaam
Object 24
Kanaal C1 licht
Kanaal C1/C2 licht
Kanaal C1 licht con-
stante lichtregeling
Kanaal C1/C2 licht
constante lichtregeling
Object 25
Kanaal C1 licht
Kanaal C1/C2 licht
Object 27
Kanaal C1 nalooptijd
licht
Kanaal C1/C2 naloop-
tijd licht
Object 28
Kanaal C1 licht
Kanaal C1/C2 licht
Object 29
Centrale commando
1103082402 / 02.2016 © Theben HTS AG
Functie
Beschrijving
Keuze constante
Object beschikbaar als bij < Functie kanaal C1 - licht > Constante lichtregeling" werd
lichtregeling
geselecteerd.
Reactie bij „Constante lichtregeling":
- AAN-telegram naar object 24 start de regeling zonder aanwezigheidsinvloed.
De <werkwijze> van het lichtkanaal wordt automatisch naar „Volautomatisch"
omgeschakeld.
- UIT-telegram naar object 24 deactiveert de regeling zonder aanwezigheidsinvloed
en de aanwezigheidsafhankelijke constante lichtregeling wordt voortgezet. De
ingestelde <werkwijze> wordt hersteld.
Object beschikbaar als bij < Functie kanaal C1 - licht > Constante lichtregeling zonder
aanwezigheidsinvloed" werd geselecteerd.
Reactie bij „Constante lichtregeling zonder aanwezigheidsinvloed":
- De regeling start met een AAN-telegram naar object 24.
- UIT-telegram naar object 24 deactiveert de regeling en schakelt de verlichting uit.
Activeren/deac-
De 2 lichtkanalen C1/C2 kunnen apart worden geschakeld en gedimd.
tiveren
NB: Object 24 heeft bij „Constante lichtregeling" (!) geen functie bij aanwezigheids-
melders met een softwareversie 00 00. De softwareversie kan via object 53 worden
opgevraagd. Zie pagina 14 hoofdstuk 2.3.4.
Stand-by-functie De stand-by-functie is beschikbaar als bij < Stand-by-tijd licht > "actief" werd gese-
lecteerd.
De stand-by-functie via object 25 worden gedeactiveerd resp. weer worden geac-
tiveerd. Standaard is de stand-by-functie geactiveerd.
Waarde ontvan-
Object beschikbaar als bij <Nalooptijd licht via bus instellen> „ja" werd geselecteerd.
Via object 27 kan de nalooptijd van de lichtkanalen C1, C2 gezamenlijk tussen 30 s en
gen
60 min worden ingesteld. De waarde moet in seconden worden gezonden.
Tussen 2 en 30 minuten wordt de nalooptijd licht adaptief aangepast.
Blokkeren/de-
Object beschikbaar als bij <Blokkeringsfunctie activeren> „ja" werd geselecteerd.
blokkeren
De kanalen licht worden gezamenlijk met een AAN- of UIT-telegram geblokkeerd. Bij
het begin van de blokkering kunnen de uitgangen licht naar keuze een van de vol-
gende laatste telegrammen zenden: AAN, UIT, geen telegram, waarde X%. Tijdens de
blokkering zenden de kanalen geen telegrammen, niet op basis van aan-/afwezigheid
en ook niet op basis van de lichtsterkte.
De kanalen licht worden met een AAN- of UIT-telegram gedeblokkeerd, als aanvulling
op het telegram bij het blokkeren. Bij het deblokkeren zendt de melder altijd de
huidige toestand en zet zo de lichtsterkteafhankelijke schakeling resp. de constante
lichtregeling voort.
Ontvangen
Bij een AAN-telegram worden de kanalen C1, C2 licht ingeschakeld. De reactie van
de aanwezigheidsmelder is identiek als bij het inschakelen door de gebruiker met een
drukknop. De reactie is afhankelijk van het geselecteerde regelingstype. zie hoofdstuk
3 pagina 32
Bij een UIT-telegram worden de kanalen C1, C2 licht volgens de onderstaande rand-
voorwaarden geschakeld:
- geen beweging binnen de laatste 5 seconden:
het licht wordt onmiddellijk uitgeschakeld. De lopende nalooptijden voor de
kanalen C1, C2 licht en stand-by-tijd worden op 0 gezet. De aanwezigheidsmelder
bevindt zich dan in de normale bedieningsmodus.
Als <Duur stand-by-tijd licht> op "on" staat, worden de kanalen C1, C2 niet
uitgeschakeld, maar schakelen zij over naar de ingestelde stand-by-modus.
- Beweging bij het ontvangen van het UIT-telegram:
het licht blijft ingeschakeld.
Volautomatisch:
- Wordt daarna weer een beweging herkend, dan wordt het licht bij onvoldoende
lichtsterkte weer ingeschakeld.
Aanwezigheidsmelder is geblokkeerd
- Het centrale commando wordt niet uitgevoerd.
Pagina 13 van 55
Technische wijzigingen en drukfouten voorbehouden.