Kanaalbandbreedte instellen
•
Als er bijvoorbeeld een signaal wordt toegepast
op CH1 dat een pulssignaal is dat oscillatie met
hoge frequentie bevat.
•
Druk op CH1 om Kanaal1 te selecteren.
•
Druk op F2 om de bandbreedtelimiet uit te
zetten (BANDWIDTH LIMIT OFF), zodat deze is
ingesteld als volledige bandbreedte.
•
Het te meten signaal kan nu passeren, zelfs als
het hoogfrequente hoeveelheden bevat.
•
Druk op F2 om de brandbreedtelimiet aan te
zetten (BANDWIDTH LIMIT ON), zodat de
frequentiehoeveelheden van meer dan 20 MHz
in het te meten signaal beperkt worden.
Verticale Volts/Div-aanpassing instellen
•
Het VOLTS/DIV-bereik van de verticale
afbuigfactor kan worden aangepast in de grove of
in de nauwkeurige afstellingsmodus.
•
In COARSE TUNE bedraagt het VOLTS/DIV-
bereik 2 mV/div ~ 5 V/div. Het afstemmen gebeurt
in stappen van 1-2-5.
•
In de FINE TUNE-modus kan de afbuigfactor in
kleinere stappen worden aangepast, waardoor
een ononderbroken aanpassing binnen het bereik
van 2 mV/div ~ 5 V/div zonder onderbreking
mogelijk is.
Sondesnelheid instellen
•
Om overeen te komen met de verzwakkingsfactor
van de sonde is het noodzakelijk om de
verzwakkingsfactor van de sonde overeenkomstig
in het kanaalbewerkingsmenu in te stellen.
•
Als de verzwakkingsfactor van de sonde
bijvoorbeeld 10:1 is, stelt u in het menu de
verzwakkingsfactor van de sonde in op 10X. Dit
principe is van toepassing op andere waarden
om ervoor te zorgen dat de spanningsaflezing
correct is.
Golfvorminversie instellen
•
Het weergegeven signaal is 180 graden
omgekeerd ten opzichte van het grondniveau.
7