25 (52)
5.4.3
Transportpositie
Draai de graaflaadmachine in de middenpositie (recht vooruit) dat hij geen invloed heeft op de stabiliteit van
de kniklader. De middelste positie belemmert het zicht vanaf de bestuurdersstoel zo min mogelijk. Houd de
kniklader stabiel. Transporteer de graafarm altijd zo laag en dichtbij de grond als mogelijk is. Houd de
telescopische laadarm ingetrokken tijdens het rijden.