6. Selecteer Kalenderpad en druk op
Internet-adres, de gebruikers-ID en het wachtwoord
in voor de kalender op het Internet.
7. Selecteer Telefoonboek en druk op
Internet-adres, de gebruikers-ID en het wachtwoord
in voor het telefoonboek op het Internet.
Synchronisatiesignaal
De telefoon geeft een signaal wanneer een synchronisatie
is voltooid of wanneer een synchronisatie wordt gestart
vanaf een ander apparaat.
• Ga naar Verbinden/Synchroniseren/Geluid om het
synchronisatiesignaal in te schakelen.
Fax- en dataoproepen
Fax- en dataoproepen verzenden
Voor het verzenden van fax- en dataoproepen
dient u de telefoon aan te sluiten op een computer
en vervolgens het desbetreffende computerprogramma
te starten.
. Voer het
YES
. Voer het
YES
1. Sluit de telefoon aan op een computer.
2. Beantwoord de oproep vanuit het computerprogramma
• Ga naar Gespreksinfo/Vlgnd gesprek/Vlgnd inkomend
Fax- en dataoproepen ontvangen
De procedure voor het ontvangen van fax- en dataop-
roepen is afhankelijk van uw netwerk en abonnement.
Als u afzonderlijke nummers hebt voor spraak-, fax- en
dataoproepen, herkent de telefoon het type oproep.
Een fax- of dataoproep ontvangen (afzonderlijke
nummers)
(als dit niet automatisch antwoordt).
U kunt een fax- of dataoproep niet beantwoorden door
op de toets
op de telefoon te drukken.
YES
Eén nummer
Als uw SIM-kaart geen afzonderlijke nummers
ondersteunt voor fax- en dataoproepen, wordt het soort
inkomende oproep niet door de telefoon herkend.
Als u een fax- of dataoproep wilt ontvangen, dient
u eerst de betreffende telefoonoptie in te stellen. Wanneer
u de telefoon hebt ingesteld op een specifieke inkomende
oproep, blijft deze instelling gehandhaafd totdat u
deze wijzigt.
om het oproeptype te selecteren voor het volgende
inkomende gesprek.
Informatie overdragen en uitwisselen
67