Alleen verwarmers met een vermogen tot 0,6 kW kunnen rechtstreeks op de besturingskaart worden aangesloten. De verwarmers met een hoger
vermogen moeten worden aangesloten op een afzonderlijk elektrisch stroomcircuit.
8.1.2.
INGANGSSIGNAAL BRANDBEVEILIGING (INGANG BRANDBEVEILIGING (NC))
De brandbeveiligingssignaalingang moet normaal gesloten zijn; als fabrieksinstelling is er een jumper gemonteerd zolang het brandbeveiligings-
systeem niet is aangesloten.
Regelaar automatisatie A zone X4
Zie technische handleiding MCB/miniMCB voor meer info.
8.1.3.
EXTERNE CO2/LUCHTVOCHTIGHEIDSSONDES
Smarty XV 1.1. units zijn uitgerust met twee aansluitingen voor externe CO2-/luchtvochtigheidssondes (ingang 0-10VDC).
Aansluiting sondes:
Smarty 3XV 1.1 en Smarty 4XV F2 1.1 units zijn uitgerust met een ingebouwde en aangesloten luchtvochtigheidssonde.
Smarty XV 1.2. units zijn uitgerust met één aansluiting voor een externe CO2-/luchtvochtigheidssonde (ingang 0-10VDC).
Aansluiting sondes:
Deze sondes zijn bestemd voor de volgende 3 functies: Luchtvochtigheid luchttoevoer, luchtvochtigheid luchtextractie en CO2 luchtextractie.
De luchtvochtigheidssonde van de luchttoevoer moet in het kanaal van de luchttoevoer worden gemonteerd.
De luchtvochtigheids- en CO2-sondes van de luchtextractie moeten in het kanaal van de luchtextractie of in de ruimte worden gemonteerd
28
| NL
TJ
EKA
SMARTY XV v2021.1