Druk op de toets on/sby/enter om de keuze te bevestigen.
Gebruik de toetsen up en down om de nieuwe waarde van de parameter te
selecteren.
Druk op de toets on/sby/enter om de keuze te bevestigen.
CONFIGURATIE PARAMETERS GEBRUIKER - SONDE-LEZING
Druk tegelijkertijd meer dan 3 seconden lang op de toetsen up en down.
Verschijnt het label [Loc].
Maak gebruik van de up- en down-toetsen om de meteraflezingen en de
gebruikersparameters door te lopen.
Druk op de toets on/sby/enter om de keuze de bevestigen en om naar de modaliteit
van het lezen van de sonden of van de aanpassing van de parameter te gaan .
De huidige waarde verschijnt knipperend.
Gebruik de toetsen
van parameters.
Druk op de toets on/sby/enter om de lezing van de sonde te verlaten of om de keuze
van de nieuwe waarde van de parameter te bevestigen, de instelling knippert niet
meer.
Informatie bestemd alleen voor deskundig personeel.
Bij het aanzetten van het instrument volgt een "LAMPTEST"-fase.
Indien gedurende deze fase 3 maal achtereenvolgens de toets on/sby/enter wordt
ingedrukt, worden alle parameters gereset op de in de fabriek ingestelde waarden.
Op de display verschijnt het label [rLd] dat de resetting van de kaart op de door de
maker ingestelde waarden markeert.
LET OP: de default-waarden in het geheugen zijn de waarden die betrekking hebben op de configuraties (tn,
bts, btv).
APPARAAT MET DEFECTE METERS TIJDENS DE CONSERVERING
Fout sonde kamer
In geval de sonde kamer defect blijjkt te zijn of de relatieve verbinding onderbroken blijkt te zijn, verschijnt op
de display het label [E0].
De machine blijft functioneren in de conserveringsfase op basis van de aan de parameters "C5" en "C6"
toegekende waarden.
De interne koeling blijft functioneren op basis van de aan de parameter "F3" toegekende waarde.
Fout sonde verdamper (alleen in het geval van apparaten -22°C/+5°C)
om de nieuwe waarde te selecteren, alleen in het geval
HERSTEL FABRIEKSPARAMETERS
ALARMEN
15