Computerhandleiding
HET SELECTEREN EN INSTELLEN VAN DE PROGRAMMA'S
De computer van de Crosstrainer bevat Intelli-Key knoppen die u helpen bij het instellen
van de programma's. De knipperende, blauwe verlichting om de knoppen geeft aan welke
knoppen u dient te gebruiken tijdens het instellen van de trainingsprogramma's.
1. Selecteer een programma: Wanneer u de adapter aansluit of de computer activeert,
zal de PROG knop knipperen: dit geeft aan dat u deze knop dient te gebruiken om een
programma te selecteren. Wanneer u langs de programma's loopt zal het profiel van het
programma dat u op dat moment geselecteerd heeft, op het scherm worden
weergegeven. Gebruik de PROG knop om een programma te selecteren en druk op de
ENTER knop om uw keuze te bevestigen.
2. Selecteer een trainingsniveau: Nadat u een programma geselecteerd heeft, zal L1 op
het LED scherm worden weergegeven. De UP en DOWN knoppen zullen op dat moment
knipperen: gebruik deze knoppen om het gewenste trainingsniveau in te stellen en druk
op de ENTER knop om het door u geselecteerde trainingsniveau te bevestigen.
3.
Stel de trainingstijd in: Nadat u het trainingsniveau geselecteerd heeft kunt u de tijd
instellen waarop u wenst te trainen. U kunt de trainingstijd instellen met behulp van de
UP en DOWN knoppen en deze bevestigen met de ENTER knop. Hierna kunt u beginnen
met trainen.
Het programma zal beginnen met een warming-up periode van 3 minuten en zal hierna
gaan lopen vanaf het door u geselecteerde programma. Indien u de warming-up wilt
overslaan, kunt u op de PROG knop drukken.
Let op: De afstandsprogramma's 5K en 10K zijn gebaseerd op afstand en niet op tijd. Nadat
u bij deze programma's het trainingsniveau's heeft ingesteld, kunt u op de ENTER knop
drukken om direct te beginnen met trainen.
USER PROGRAMMA'S
1. Selecteer een programma: Gebruik de PROG knop om het USER 1 of USER 2
programma te selecteren en druk op de ENTER knop om uw keuze te bevestigen.
2. Stel de trainingstijd in: U kunt de trainingstijd instellen met behulp van de UP en
DOWN knoppen en deze bevestigen met de ENTER knop.
3. Stel het programmaprofiel samen: Het programma profiel is verdeeld in 16
segmenten. U kunt het weerstandsniveau van elk segment instellen. Gebruik de UP en
DOWN knoppen om de weerstand in te stellen en druk op de SCAN knop om het
weerstandsniveau van het volgende segment in te stellen. Wanneer u het laatste
segment heeft ingesteld, dient u op de ENTER knop te drukken om uw samengestelde
programmaprofiel te voltooien.
-3-
StrengthMaster EX3