Download Print deze pagina

Mitutoyo 129 Series Gebruikershandleiding pagina 2

Advertenties

129-serie
• Als het referentiepuntverschil ±0,01 mm of minder is
1
Nadat u het referentiepunt hebt bevestigd, fixeert u de stift met de spindelblokkering.
2
Plaats de bijgeleverde opspansleutel in de opening aan de achterzijde van de referentielijn op de huls. Draai
daarna aan de huls totdat de referentielijn is uitgelijnd met de nullijn op de trommel.
• Als het referentiepuntverschil ±0,01 mm of meer is
1
Nadat u het referentiepunt hebt bevestigd, fixeert u de stift met de
spindelblokkering.
2
Houd de trommel met de vingers vast om te voorkomen dat deze
gaat draaien en verwijder de kap van de trommel.
3
Steek de meegeleverde opspansleutel in het gat aan de zijkant van
de trommelfixeermoer en draai de fixeermoer los.
4
Draai aan de trommel terwijl u deze naar de ratelstop toe duwt
totdat de nullijn op de trommel is uitgelijnd met de referentielijn op
de huls.
5
Draai de fixeermoer met de opspansleutel vast terwijl u de trommel
voorzichtig in de richting van de huls duwt, zonder de trommel te
laten draaien.
6
Monteer de trommelkap en maak de spindelblokkering los.
• Referentiepunt van stift aanpassen
Belangrijk
• Aangehecht stof of ander vuil tussen de kraag en het uiteinde van de stift kan een referentiepuntfout veroorzaken.
• Controleer na temperatuurconditionering het referentiepunt opnieuw.
• Als de stift tijdens het afstellen langere tijd in de hand wordt gehouden, zal deze uitzetten en is het nauwkeurig
afstellen van het referentiepunt niet meer mogelijk. Wees voorzichtig.
• Zorg ervoor dat wanneer u de stift vervangt, ook het referentiepunt wordt aangepast.
• Steek de stift langzaam in het apparaat. Als u de stift te snel op zijn plaats te laten vallen, kunt u de stift beschadigen.
Hoewel de stiften vóór de verzending op het referentiepunt worden afgesteld, dient u altijd volgens de onderstaande
procedure te controleren of het referentiepunt voor de stift moet worden aangepast.
1
Monteer de 0–25 mm stift en stel het referentiepunt voor de hoofdunit van de diepteschroefmaat bij volgens de
methode beschreven onder "● Als het referentiepuntverschil ±0,01 mm of minder is" of "● Als het
referentiepuntverschil ±0,01 mm of meer is."
2
Vervang de stift door een stift met het gewenste meetbereik en voer de procedure onder "
referentiepunt" uit.
3
Als de referentiepunten verschillen, volg dan de onderstaande procedure om het referentiepunt voor de stift aan te passen.
• Als het referentiepuntverschil positief is
1
Houd de trommel met uw vingers stevig vast en verwijder de trommelkap.
2
Verwijder de gemonteerde stift.
3
Steek respectievelijk de meegeleverde opspansleutel in het gat aan de
zijkant van de kraag van de stift en de meegeleverde moersleutel om de
spanmoer.
Draai de spanmoer ongeveer een halve slag in de richting van de pijl los.
4
Draai de stelschroeven van de kraag (x2) met de meegeleverde
5
inbussleutel los.
6
Verplaats de kraag naar het eindvlak van de spanmoer en draai de
stelschroef lichtjes aan.
7
Steek respectievelijk de meegeleverde opspansleutel in het gat aan de
zijkant van de kraag van de stift en de meegeleverde moersleutel om de spanmoer.
Draai de spanmoer in de richting van de pijl aan.
8
Inbussleutel
5
Stelschroef
Spanmoer
Opspansleutel
6
Stiftkraag
9
Draai de stelschroeven van de kraag (x2) stevig vast.
10
Steek de stift in de hoofdunit en draai de trommelkap goed vast.
11
Controleer het referentiepunt opnieuw en herhaal de bovenstaande stappen
van het referentiepunt vereist is.
2
• Als het referentiepuntverschil negatief is
1
Houd de trommel met uw vingers stevig vast en verwijder de trommelkap.
Verwijder de gemonteerde stift.
2
3
Draai de stelschroeven van de kraag van de stift (x2) met de
meegeleverde inbussleutel los.
4
Steek respectievelijk de meegeleverde opspansleutel in het gat aan
de zijkant van de kraag van de stift en de meegeleverde moersleutel
om de spanmoer.
Draai de spanmoer in de richting van de pijl vast.
Trommelfixeermoer
5
» De stiftkraag beweegt in de richting van de pijl (Meetfout verandert).
Trommelkap
2
6
Voer stappen
uit.
7
Controleer het referentiepunt opnieuw en herhaal de bovenstaande
stappen
is.
Trommel
Opspansleutel
4.  H etmeetbereikwijzigen
3
129-serie(128-serieheefteenvastmeetbereik)
Belangrijk
• Steek de stift langzaam in het apparaat. Als u de stift te snel op zijn plaats te laten vallen, kunt u de stift beschadigen.
• Positioneer de stift voorzichtig tot deze door de aanslag heen steekt.
1
Houd de trommel stevig met uw vingers vast en verwijder de trommelkap.
2
Verwijder de gemonteerde stift en vervang deze door de gewenste stift.
3
Houd de trommel stevig met uw vingers vast en draai de trommelkap goed aan.
Bevestiging
5.  H oedeschaalverdelingaftelezen
Lees de schaalverdelingen als volgt af.
Aflezing huls (buitenste huls)
Opspansleutel
Aflezing trommel  
3
Spanmoer
Moersleutel
Lees de trommel af op de plaats waar de referentielijn van de huls overeenkomt met de schaalverdeling van de trommel.
3
Stiftkraag
Deze wordt normaal gesproken tot 0,01 mm nauwkeurig afgelezen, zoals hierboven weergegeven,
4
maar zoals in de onderstaande afbeelding te zien is, kan het ook met het oog tot 0,001 mm nauwkeurig afgelezen
worden.
Stiftkraag
7
Spanmoer
Referentielijn huls Schaalverdelingslijn trommel
7
6.  S pecificaties
• Maximaal toegestane meetfout
Moersleutel
• Schaalverdeling
8
• Bedrijfstemperatuur
• Opslagtemperatuur
1
-
10
als verdere aanpassing
7
t/m
9
van "• Als het referentiepuntverschil positief is"
Opspansleutel
1
t/m
6
als verdere aanpassing van het referentiepunt vereist
17,5 mm
0,37 mm
17,87 mm
Ca. -1 µm
Ca. -2 µm
Referentielijn huls Schaalverdelingslijn trommel
: ±3 µm (±0,00015 in) (128-serie)
: 0,01 mm (0,001 in)
: 5 °C tot 40 °C
: -10 °C tot 60 °C
Mitutoyo Corporation 20-1, Sakado 1-Chome, Takatsu-ku, Kawasaki-shi, Kanagawa
213-8533, Japan
7.  B etaaldonderhoud
6
We raden periodieke inspecties aan om de nauwkeurigheid van het product te controleren en te behouden. Als een van
Stiftkraag
de volgende defecten optreedt, neem dan contact op met de agent waar u het product hebt gekocht of met een
4
verkoopkantoor van Mitutoyo.
Spanmoer
・ Inconsistente meetwaarden
Bramen of putten ontstaan door het aanstoten van de meetvlakken kunnen de herhaalbaarheid van metingen
4
beïnvloeden.
Moersleutel
5
Publicatiedatum: 1 mei 2023
Gedrukt in Japan

Advertenties

loading