Probleemoplossing
Knippercode
Type fout
4
Afwijking
5
Afwijking
6
Alarm
7
Alarm
8
Alarm
9
Alarm
10
Alarm
11
Alarm
12
Alarm
13, 14
Alarm
Traag knipperen Afwijking
12
Stappen voor probleemoplossing
Hoge temperatuur
De temperatuur van het systeem ligt bij de maximale werktemperatuur.
De prestaties worden beperkt om te voorkomen dat de driver volledig wordt
uitgeschakeld.
•
Controleer de werking van de ventilator. Reinig de ventilator en de behuizing
van de driver.
•
Verlaag de druk of de inschakelduur, en/of gebruik een kleinere pistooltip.
•
Verplaats de eenheid naar een koelere locatie.
Lage temperatuur
Warme apparatuur.
Fout door temperatuur motor
De motor raakt oververhit. Laat het systeem afkoelen.
•
Controleer de werking van de ventilator. Reinig oversprayopbouw op de
ventilator en de driverbehuizing.
•
Verlaag de druk of de inschakelduur, en/of gebruik een kleinere pistooltip.
•
Verplaats de eenheid naar een koelere locatie.
Fout door temperatuur kaart
De besturingskaart wordt te heet. Laat de eenheid afkoelen.
•
Controleer de werking van de ventilator. Reinig oversprayopbouw op de
ventilator en de driverbehuizing.
•
Verlaag de druk of de inschakelduur, en/of gebruik een kleinere pistooltip.
•
Verplaats de eenheid naar een koelere locatie.
Fout in kalibratie pulsgever
•
Schakel de stroom uit en in, en controleer de statusindicator (L) om te zien
of de fout nog steeds actief is.
•
Kalibreer de pulsgever (deze code knippert terwijl de kalibratie in gang is).
Fout in pulsgever
•
Schakel de stroom uit en in, en controleer de statusindicator (L) om te zien
of de fout nog steeds actief is.
•
Verifieer dat de pulsgeverkabel (EE) goed is aangesloten
(zie Bedradingsschema's, pagina 26).
•
Mogelijk moet de pulsgever worden vervangen.
Softwareversies komen niet overeen
•
Raadpleeg de systeemhandleiding voor het artikelnummer van het
softwaretoken.
•
Haal een token op voor het bijwerken van de software en volg de procedure
voor de software-update.
Communicatiestoring van de printplaat
Schakel de stroom uit en in, en controleer de statusindicator (L) om te zien of de
fout nog steeds actief is.
Defect in hardware van interne printplaat
Schakel de stroom uit en in, en controleer de statusindicator (L) om te zien of de
fout nog steeds actief is.
Interne softwarefout
Schakel de stroom uit en in, en controleer de statusindicator (L) om te zien of de
fout nog steeds actief is.
Zie Stand-bymodus op pagina 11.
3A6919A