Hoofdstuk 7: HDD management (HDD-beheer)
Redundante opnames configureren
Vaste-schijfredundantie laat uw DVR redundant een kopie van de beelden
opnemen op verschillende schijven als bescherming tegen verlies van al uw
bestanden in het geval van schijffouten. Dit proces wordt ook wel mirroring
(spiegelen) genoemd. Er moet meer dan één vaste schijf zijn aangesloten op uw
DVR om vaste-schijfredundantie te kunnen instellen.
Redundantie vermindert de opslagcapaciteit van vaste schijven aanzienlijk. Als
gevolg hiervan dient u de capaciteit voor opname van beeld over een bepaalde
tijd te verdubbelen.
Opmerking: U moet de opslagmodus van de vaste schijf instellen op Groep
voordat u de redundantie configureert. Zie "Vaste-schijfgroepen instellen" op
pagina 57 voor meer informatie.
U stelt vaste-schijfredundantie als volgt in:
1. Klik op het pictogram
menuwerkbalk en selecteer
2. Klik op het tabblad
vaste schijf die u wilt gebruiken voor redundantie en klik vervolgens op
(Bewerken).
3. Selecteer
Redundancy
(Lokale vaste-schijfinstellingen).
Controleer of ten minste één andere vaste schijf is ingesteld op R/W
(lezen/schrijven).
4. Klik op
Apply
(Toepassen) om de instellingen op te slaan en vervolgens op
OK om terug te keren naar het vorige scherm.
5. Klik in de menuwerkbalk op
(Coderen).
6. Selecteer de camera die u wilt gebruiken voor redundantie.
7. Schakel
Redundant Record/Capture
en selecteer
Yes
8. Klik op
Apply
(Toepassen) om de instellingen op te slaan.
9. Herhaal de stappen 6 tot en met 8 voor andere camera's waarvan u de
bestanden met redundantie wilt opnemen.
10. Klik op
Back
(Terug) om terug te keren naar de live-weergavemodus.
56
System Settings
Hard Disk
HDD Information
(Redundantie) in het scherm
Video Schedule
(Ja) in de vervolgkeuzelijst.
(Systeeminstellingen) in de
(Vaste schijf).
(Vaste-schijfinformatie), selecteer de
Local HDD Settings
(Videoplanning) >
(Redundant opnemen/vastleggen) in
TruVision DVR 12 Gebruikershandleiding
Edit
Encoding