Hoofdstuk 6: Netwerkinstellingen
Een externe alarmhost instellen:
1. Klik in de menuwerkbalk op
Settings
(Meer instellingen).
2. Voer de Alarmhost-IP en Alarmhost-poort in.
Alarm host IP (Alarmhost-IP) vertegenwoordigt de IP van de externe pc
waarop de Network Video Surveillance-software is geïnstalleerd. De waarde
van de alarmhost-poort moet hetzelfde zijn als de alarmmonitorpoort van de
software. U kunt maximaal drie alarmhosts instellen. Voor elke alarmhost is
de standaardpoort 5001, 5002 en 5003.
3. Klik op
Apply
(Toepassen) om de instellingen op te slaan.
Multicast configureren
Het instellen van multicasting lost problemen met beperkingen op tijdens het
streamen van beelden via een apparaat voor netwerkverbinding. Een multicast-
adres overspant het Klasse D IP-bereik van 224.0.0.0 tot 239.255.255.255. Wij
raden aan dat het IP-adresbereik van 239.252.0.0 tot 239.255.255.255 gebruikt
wordt.
Multicast instellen:
1. Klik in de menuwerkbalk op
Settings
(Meer instellingen).
2. Voer een Multicast IP-adres in.
Opmerking:
Wanneer er een apparaat wordt toegevoegd aan de Network
Video Surveillance-software, moet het multicast-adres hetzelfde zijn als de
multicast-IP van de DVR.
3. Klik op
Apply
(Toepassen) om de instellingen op te slaan.
De server en HTTP-poorten configureren
U kunt de standaardinstellingen van de server- en HTTP-poorten wijzigen in het
venster Network Settings (Netwerkinstellingen). De standaard serverpoort is
8000 terwijl de standaard HTTP-poort 80 is.
Opmerking:
De serverpoort heeft een bereik van 2000 t/m 65535 en wordt
gebruikt voor softwaretoegang voor externe clients. De HTTP-poort wordt
gebruikt voor externe internetbrowser-toegang.
Zo wijzigt u de standaardpoorten:
1. Klik in de menuwerkbalk op
Settings
(Meer instellingen).
2. Voer de nieuwe waarden in voor serverpoort en HTTP-poort.
46
Network Settings
Network Settings
Network Settings
(Netwerkinstellingen) >
(Netwerkinstellingen) >
(Netwerkinstellingen) >
TruVision DVR 12 Gebruikershandleiding
More
More
More