Luchtleiding
Luchtleiding
Luchtleiding
Uw systeem moet zijn voorzien van een zelfont-
lastend hoofdluchtventiel (G), om lucht te laten
ontsnappen die tussen de klep en de pomp is
blijven zitten. Opgesloten lucht kan de pomp
onverwachts in werking zetten. Dit kan ernstig
letsel tot gevolg hebben, zoals het spatten in de
ogen of op de huid.
ZieTypische installatie voor
pompen zonder compressor
Modellen
Modellen
Modellen voorzien
voorzien van
voorzien
van een
van
er zit al een luchtleiding tussen de compressor en de
luchtinlaat van de pomp.
Als
Als
Als u u u uw
uw eigen
uw
eigen compressor
eigen
compressor gebruikt:
compressor
sluit een geleidende, soepele luchtslang aan van de
compressor naar de luchtinlaat van de pomp (E).
Als u u u al al al beschikbare
beschikbare perslucht
perslucht gebruikt:
Als
Als
beschikbare
perslucht
1. Installeer een luchtregelaar (H) en een
luchtleidingsfilter (U). De vloeistofdruk aan de
uitlaat is dezelfde als de ingestelde luchtdruk van
de luchtregelaar. Het filter verwijdert schadelijk
vuil en vocht uit de aangevoerde perslucht.
2. Plaats een zelfontlastend hoofdluchtventiel (G)
dicht bij de pomp en gebruik dat om opgesloten
lucht te laten ontsnappen. Zorg ervoor dat het
ventiel gemakkelijk te bereiken is vanaf de pomp
en dat het zich achter de regelaar bevindt.
3. Plaats het andere hoofdluchtventiel (J)
stroomopwaarts van alle toebehoren voor
de luchtleiding en gebruik die om de
toebehoren af te sluiten tijdens schoonmaak- en
reparatiewerkzaamheden.
4. Installeer een geleidende, soepele luchtslang
(F) tussen de toebehoren en de luchtinlaat van
de pomp.
3A7052M
.
een compressor:
een
compressor:
compressor:
gebruikt:
gebruikt:
gebruikt:
gebruikt:
Vloeistofzuig - - - en
en - - - uitlaatleidingen
Vloeistofzuig
Vloeistofzuig
en
Gebruik voor optimale afdichtingsresultaten
een standaard Tri-Clamp- of DIN-pakking voor
hygiënische toepassingen van een flexibel materiaal,
zoals EPDM, Buna-N, fluorelastomeer of siliconen.
OPMERKING: voor naleving van de hygiënische
OPMERKING:
OPMERKING:
3A-normen moeten er specifieke pakkingen op
DIN-aansluitingen worden gebruikt. Zie CCE
Coordination Bulletin Number 2011-3.
1. Gebruik flexibele, geleidende vloeistofleidingen
(K en N).
2. Plaats een vloeistofafvoerventiel (L) dicht bij
de vloeistofuitlaat.
pompen zonder compressor
Er moet een vloeistofafvoerventiel (L) in
uw systeem zijn aangebracht om de druk
te ontlasten als de vloeistofuitlaatleiding is
verstopt. Het afvoerventiel vermindert het
risico van ernstig letsel, zoals door spatten in
de ogen en op de huid, bij drukverlichting.
3. Installeer een afsluiter (M) in de
vloeistofuitlaatleiding (N) stroomafwaarts
van het vloeistofafvoerventiel (L).
OPMERKING: om het beste resultaat te
OPMERKING:
OPMERKING:
verkrijgen, moet u de pomp altijd zo dicht
mogelijk bij de materiaalbron installeren. Zie de
Technische specificaties, page 47
aanzuighoogte (nat en droog).
LET OP
LET
LET
De pomp kan beschadigd raken als er geen
flexibele vloeistofleidingen worden gebruikt.
Als er in het systeem stevig aangesloten
vloeistofleidingen worden gebruikt, gebruik dan
een kort stuk flexibele, geleidende vloeistofleiding
voor de aansluiting op de pomp.
Installatie
uitlaatleidingen
uitlaatleidingen
ZieTypische installatie voor
.
voor de maximale
OP
OP
17