De functies instellen
(Program Mode - Programmafunctie)
In de functie R (programma) stelt de camera automatisch de sluitertijd en
4
het diafragma in voor het maken van foto's. U kunt echter wel andere functies
selecteren, zoals de flitsfunctie of de serieopnamefunctie.
1
Zet de functiekiezer op R.
2
Stel de functies in die u wilt gebruiken.
Zie "De opnamefuncties instellen" (blz.59 tot
blz.77) voor meer informatie over het instellen
van de functies.
3
Druk de ontspanknop tot halverwege
in.
Het scherpstelkader licht groen op wanneer de
camera heeft scherpgesteld op het onderwerp.
4
Druk de ontspanknop helemaal in.
De opname wordt gemaakt.
42
Foto's maken 1blz.26
1
3, 4
4 4
0 4 / 2 5 / 2 0 0 4
0 4 / 2 5 / 2 0 0 4
0 4 / 2 5 / 2 0 0 4
1 0 : 2 5
1 0 : 2 5
1 0 : 2 5