•
Plaats een stapel papier, niet slechts een pagina. Gebruik schoon en vlak papier van hetzelfde formaat.
Controleer of er maar een papiersoort tegelijk is geladen.
•
Verschuif de papierbreedtegeleider in de invoerlade totdat deze vlak tegen het papier aanligt. Zorg dat de
papierbreedtegeleider het papier in de papierlade niet buigt.
•
Stel de instellingen voor het papierformaat en de afdrukkwailteit in overeenstemming met de papiersoort en
het papierformaat dat in de invoerlade werd geplaatst. Normaal kiezen uw computer en printer deze
instellingen automatisch, u kunt ze echter aanpassen om de afdrukkwaliteit te produceren die het best aan
uw behoeften beantwoordt.
De papierinstellingen bepalen hoeveel inkt op het papier wordt gespoten. De correcte instelling gebruiken
overeenkomstig uw document en papier is essentieel om goede afdrukken te maken.
Selecteer de afdrukkwaliteit onder de instelling Afdrukkwaliteit van de Afdrukcommando's van uw printer:
◦
Concept: drukt sneller en verbruikt minder inkt voor concepten en gewone oafdrukken. De drukkleur is
echter minder donker
◦
Normaal: voor een documentafdruk van hoge kwaliteit.
◦
Beste: voor foto's van topkwaliteit
◦
Max. aantal dpi: voor de hoogst mogelijk dpi-resolutie voor het ondersteunde type HP-fotopapier.
•
Ontdek hoe u uw foto's online deelt en afdrukken bestelt.
•
Ontdek meer over Toepassingsbeheer om snel en eenvoudig recepten, coupons en andere webinhoud af te
drukken.
Klik hier voor meer informatie online.
•
Leer hoe u van om het even waar kunt afdrukken door een e-mail met bijlagen te verzenden naar uw printer.
Klik hier voor meer informatie online.
Klik hier voor meer informatie online.
Tips voor geslaagd afdrukken
17