De printer instellen voor draadloze communicatie
●
Voordat u begint
●
De printer instellen op uw draadloos netwerk
●
De verbindingsmethode wijzigen
●
De draadloze verbinding testen
●
De draadloze functie van de printer in- of uitschakelen
Voordat u begint
Zorg voor het volgende:
●
het draadloos netwerk is ingesteld en werkt correct.
●
De printer en de computers die de printer gebruiken, moeten op hetzelfde netwerk worden aangesloten
(subnet).
Tijdens het maken van verbinding met de printer wordt u mogelijk gevraagd de naam van het draadloze
netwerk (SSID) en een draadloos wachtwoord in te voeren:
●
De draadloze netwerknaam is de naam van uw draadloos netwerk.
●
Het draadloze wachtwoord voorkomt dat andere personen zonder toestemming verbinding maken met
uw draadloos netwerk. Afhankelijk van het vereiste beveiligingsniveau, kan uw draadloos netwerk een
WPA-code of een WEP-sleutel gebruiken.
Als u de netwerknaam of de beveiligingscode niet hebt gewijzigd sinds het instellen van uw draadloos
netwerk, kunt u deze soms terugvinden op de achterkant of zijkant van de draadloze router.
Als u de netwerknaam of de beveiligingscode niet kunt terugvinden of deze informatie vergeten bent,
raadpleegt u de documentatie die bij de computer of de draadloze router is geleverd. Als u deze informatie
nog steeds niet kunt vinden, neem dan contact op met uw netwerkbeheerder of de persoon die het draadloos
netwerk heeft ingesteld.
De printer instellen op uw draadloos netwerk
Gebruik de wizard 'Draadloos instellen' vanaf het scherm van het bedieningspaneel van de printer om
draadloze communicatie in te stellen.
OPMERKING:
1.
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
2.
Druk op
3.
Druk op Wizard Draadloze installatie.
4.
Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
60
Hoofdstuk 7 Verbind uw printer
Blader door de lijst op
Voordat u begint op pagina 60
( Instellingen ).
vooraleer u verder gaat.
(Draadloos).
NLWW