Noodprocedures
4.3.2
Gebruiker kan machine niet bedienen
Als de gebruiker de machine niet onder controle heeft of niet kan bedienen:
1. Moet ander personeel alleen wanneer dit nodig is de machine vanaf het
grondbedieningsstation bedienen.
2. Alleen bevoegde personen op het platform mogen de platformbedieningsconsole
gebruiken. GA NIET VERDER MET HET WERK ALS DE BEDIENING NIET NORMAAL
FUNCTIONEERT.
3. Er kan reddingsmateriaal worden gebruikt om de persoon of personen van het
platform te verwijderen. De beweging van de machine kan met kranen en
vorkheftrucks worden gestabiliseerd.
4.3.3
Platform zit boven vast
Als het platform boven in constructies of apparatuur vastgeklemd raakt, doe het
volgende:
1. Schakel de machine uit.
2. Breng alle personen op het platform in veiligheid voordat de machine wordt
losgemaakt. Er mag geen personeel aanwezig zijn op het platform voordat andere
bedieningselementen van de machine worden gebruikt.
3. Maak zo nodig gebruik van hijskranen, vorkheftrucks en ander materieel om te
voorkomen dat de machine kantelt.
4. Maak het platform met behulp van de grondbediening voorzichtig los van het
object.
5. Als dit is voltooid, start dan de machine weer en laat het platform dan terugkeren
naar een veilige stand.
6. Controleer de machine op schade. Als de machine is beschadigd of niet goed
werkt, moet deze onmiddellijk worden uitgezet. Meld het probleem aan het
betreffende onderhoudspersoneel. Bedien de machine pas wanneer deze hiervoor
veilig is verklaard.
4.3.4
Rechtop zetten van gekantelde machine
Een vorkheftruck van het juiste vermogen of gelijkwaardige apparatuur moet onder de
hoge kant van het chassis worden geplaatst, terwijl het platform omhoog wordt
gebracht met een hijskraan of andere geschikte hijsinrichting en het chassis omlaag
wordt gebracht met de vorkheftruck of andere apparatuur.
70
31222124
ES1330L, ES1530L