4 Aansluiting van de leidingen
Algemeen
Leidingen moeten volgens de geldende normen en
richtlijnen worden aangesloten.
Bij gebruik van knel- of persfittingen dienen steunhulzen
gebruikt te worden. De boiler moet voorzien worden van
de benodigde kleppen, zoals een veiligheidsklep, stopaf-
sluiter, terugslagklep en vacuümklep. Vanaf de veiligheids-
klep moet een overloopleiding naar een geschikte afvoer
worden geleid. De overloopleiding moet dezelfde maat
hebben als op de veiligheidsklep. Leid de overloopleiding
vanaf de bijgesloten veiligheidsklep over de gehele lengte
en zorg ervoor dat deze vorstbestendig is. De uitlaat van
de overloopleiding moet zichtbaar zijn en niet in de buurt
van elektrische onderdelen zitten.
*Niet VPB Cu
8
Hoofdstuk 4 |
Aansluiting van de leidingen
Afmetingen en waterzijdige
aansluitingen
VPB 200/VPB 300
VPBS 300
Aansluiting
XL3 Koud water Ø
XL4 Warmtapwater Ø
XL5* Warmtapwatercirculatie Ø
XL8 Koppelingsaansluiting, aanvoerlei-
ding Ø
XL9 Koppelingsaansluiting, retourlei-
ding Ø
XL13 Zonneaanvoerleiding Ø
XL14 Zonneretourleiding Ø
mm
22
mm
22
mm
15
mm
22
mm
22
mm
22
mm
22
VPB/VPBS