Vullen
VULLEN EN ONTLUCHTEN
De boiler vullen
1.
Open een warmtapwaterkraan in de woning.
Vul de boiler via de koudwateraansluiting (XL3).
2.
Wanneer er met het water uit de warmtapwater-
3.
kraan geen lucht meer meekomt, is de boiler vol en
kan de kraan worden gesloten.
Vullen en ontluchten van de laadspiraal
Vullen
1.
Open de kraan (extern, niet inbegrepen bij het pro-
duct). Vul de spiraal in de boiler en de rest van het
afgiftesysteem met water.
Open de ontluchtingsafsluiter (QM22).
2.
Wanneer het water dat het ontluchtingsventiel
3.
(QM22) verlaat niet met lucht is vermengd, sluit u
de klep. Na een tijdje begint de druk te stijgen.
4.
Wanneer de juiste druk is verkregen, sluit u de
vulklep.
Ontluchten
1.
Ontlucht de spiraal via het ontluchtingsventiel
(QM22) en de rest van het afgiftesysteem via de
bijbehorende ontluchtingsventielen.
2.
Blijf vullen en ontluchten totdat alle lucht is verwij-
derd en de druk klopt.
XL3
De afbeelding toont de VPB 200.
VPB/VPBS
INBEDRIJFSTELLING EN INSPECTIE
Drukvalschema, laadspiraal
Koppelingsaansluiting, aanvoerleiding (XL8) en koppe-
lingsaansluiting, retourleiding (XL9).
VPB 200
Drukval
Tryckfall
(kPa)
(kPa )
50
45
40
35
30
25
20
15
10
5
0
0
0,05
VPB 300 / VPBS 300
Drukval
Tryckfall
(kPa )
(kPa)
50
45
40
35
30
25
20
15
10
5
0
0
0,05
Drukvalschema, zonnespiraal
Aansluiting, aanvoerleiding zonnecollectorsysteem
(XL13) en aansluiting, retourleiding zonnecollectorsys-
QM22
teem (XL14).
VPBS 300
Drukval
Tryckfall
(kPa )
(kPa)
5,0
4,0
3,0
2,0
1,0
0
0
0,02 0,04 0,06 0,08
E
0,1
0,15
0,2
0,25
0,3
0,35
0,1
0,15
0,2
0,25
0,3
0,35
Cu
E
0,1
0,12 0,14 0,16 0,18
Hoofdstuk 3 | Voor de installateur
R
Cu
0,4
0,45
0,5
Doorstroming
Flöde
(l/s)
(l/s)
Cu
R
E
0,4
0,45
0,5
Flöde
Doorstroming
(l/s)
(l/s)
0,2
Flöde
Doorstroming
(l/s)
(l/s)
13