Dubbele balancering (DEOL) Het bedradingsschema
in Figuur 12 geeft de aansluiting weer van een detector
aan een Zoneingang met dubbele balancering.
+
De weerstand 10 kW moet worden aangesloten
op de laatste detector van de zone.
Dubbele balancering maakt het mogelijk voor het
Controlepaneel om zone Alarm, Sabotage en kort-
sluiting te detecteren:
Øde zone blijft in standby wanneer verbonden met een
weerstand van 5 kW (u kunt natuurlijk ook twee
weerstanden van10 kW in parallel zetten);
Øde zone zal een kortsluiting melden bij negatief;
Øde zone zal Sabotage melden indien potentiaalvrij;
Øde zone zal alarm melden in alle andere gevallen.
+
Zones met dubbele balancering kunnen Alarm en
Sabotage herkennen en melden door middel van
slechts twee draden.
IN Uitbreiding
+F
T1
Centrale
+F
L1
Figuur 12 Aansluiten van een Detector aan een zone
met Dubbele balancering.
28
nAansluiten van Rolluikdetectoren en trillings-
detectoren
Zones 1 tot en met 8 van de ABSOLUTA ondersteunen
de Rolluik- en trillingsdetectoren. De zone moet
dusdanig geprogrammeerd worden met deze opties (zie
"PROGRAMMATIE VIA PC"). De supervisie kan ook
gekozen worden NC, Enkel of Dubbel gebalanceerd.
Het bedradingsschema in Figuur 18 geeft een typische
verbinding weer.
+
Klavier
N. C. A.
S.
Detector
Figuur 13 Aansluiten van Rolluik- en Trillingsdetectoren:
aansluiten van één detector met Normaal Gesloten
Supervisie of twee detectoren enkel gebalanceerd.
De weerstand 10 kW moet worden aangesloten
op de laatste detector van de zone.
Programmatie:
L1/T1 N.C. (Normaal Gesloten)
L2/T2 Enkel gebalanceerd 10 KW
IN Uitbreiding
T1 T2
L1
L2
Centrale
N.
C.
N. C.
Rolluik- of
Rolluik- of
Trillings
Trillings
detector
detector
Uitbreidbare Hybride Centrale
10 K
N. C.
Rolluik- of
Trillings
detector