5.9
Monteer de buizenset
Monteer alle koppelingen eerst handvast op de boiler, ketelunit en aansluitbeugel
zodat de leidingen spanningsvrij gemonteerd zijn.
23. Pak het leidingwerk onder de wartelmoer bij A vast, plaats de afdichtringen
tussen de koppelingen van de boiler en draai eerst koppeling A en daarna
koppeling B handvast aan. Het leidingwerk blijft nu hangen aan de twee
koppelingen onder de boiler.
24. Monteer de koudwaterleiding (E) op de ketelunit (let op de afdichtring).
25. Monteer de warmwaterleiding (F) op de ketelunit (let op de afdichtring).
26. Monteer de koudwaterleiding (C) op de montagebeugel (let op de O-ring).
27. Monteer de warmwaterleiding (D) op de montagebeugel (let op de O-ring)
28. Monteer de gastoevoerleiding (G) op de gaskraan (let op de afdichtring).
29. Monteer de gastoevoerleiding (H) op de ketelunit (let op de O-ring).
Trek alle aansluitingen in de montagevolgorde na met passend gereedschap.
5.10
Aansluiten elektrische connectoren
30. Sluit de connector van de warmwatersensor aan op de connector van de
kabelboom.(A)
31. Sluit de connector van de stromingsschakelaar aan op de connector van de
kabelboom. De draad kleur van de stromingsschakelaar komt overeen met de
kleur van de kabelboom.(B)
32. Sluit de connector van de tapwaterpomp aan op de connector van de
kabelboom.(C)
33. Sluit de connector van de boilersensor aan op de connector van de
kabelboom.(D)
5.11
Installatie aansluiten op aansluitbeugel
Wanneer de leidingen van de installatie nog niet aangesloten zijn sluit deze dan nu
aan op de koppelingen in de montagebeugel.
5.12
Monteren schermplaat boven
34. Monteer de schermplaat boven. Verwijder zonodig eerst het uibreekplaatje of
de uitbreekring afhankelijk van de rookgasafvoer.
5.13
Aansluiten rookgasafvoer en luchttoevoer
De luchttoevoer en rookgasafvoer is parallel (dubbelpijps) of concentrisch aan te
sluiten. Voor meer informatie verwijzen wij u naar het instalatievoorschrift.
Tweepijps aansluiting:
35. Verwijder t.b.v. de luchttoevoer de linker uitbreekpoort uit de afdekkap aan de
bovenzijde van het toestel.
36. Monteer de pijpen voor de luchttoevoer en verbrandingsgasafvoer in de
toevoer- en afvoer van het toestel.
,QWHUJDV 9HUZDUPLQJ %9
5