•
Gebruik ook voor het aansluiten van uw randapparaten alleen de aansluitkabels
die met deze apparaten zijn meegeleverd.
•
Zorg ervoor dat er geen grote krachten op stekkerverbindingen worden uitge-
oefend, bijv. van opzij. Het apparaat kan hierdoor beschadigd raken.
•
Als u een aansluitkabel loskoppelt van uw apparaat, trek deze dan los aan de
stekker en niet aan de kabel.
•
Vervang de meegeleverde kabels niet door andere. Gebruik uitsluitend de mee-
geleverde kabels, omdat deze in ons laboratorium uitgebreid zijn getest.
•
Zorg ervoor dat alle aansluitkabels verbonden zijn met de randapparaten waar-
bij ze horen. Verwijder de kabels die u niet nodig hebt, om stoorstraling te voor-
komen.
•
Haal bij onweer de netstekker uit het stopcontact en verwijder in het bijzonder
de netwerkkabel en, indien aanwezig, de antennekabel. Wij adviseren u om ter
vergroting van de veiligheid een overspanningsbeveiliging te gebruiken, zodat
uw pc beschermd is tegen beschadiging door spanningspieken en bliksemin-
slag vanuit het elektriciteitsnet.
4.2. Monitor aansluiten
Uw pc heeft een VGA*-, DVI*-aansluiting, een DisplayPort* en/of een HDMI*-aan-
sluiting.
Afhankelijk van de aanwezige aansluitingen kunnen er mogelijk ook verschillende
monitoren worden aangesloten.
LET OP!
Gevaar voor beschadiging!
Als uw monitor meer dan één ingang heeft, sluit dan al-
tijd maar één datakabel aan om problemen met de sig-
naaltoewijzing te voorkomen.
Zorg dat de stekkers en de bussen precies passen
om beschadiging van de contacten te voorkomen.
Door de asymmetrische vorm past de stekker maar
op één manier in de bus.
Sluit de betreffende datakabel van de monitor aan op de bijbehorende bus van
het grafische systeem.
Haal de witte veiligheidsring (indien aanwezig) van de monitorstekker af.
Draai de schroeven bij het aansluiten van een VGA- of DVI-apparaat op de moni-
torkabel daarna handvast aan.
15