TIP
4.5 Multi-tractie
De aanduiding duurt ongeveer 2 seconden. Tijdens deze periode
kunnen extra speciale functies in het bereik van f5 tot f8 geschakeld
worden zonder opnieuw de [lok#]-toets in te drukken.
Met de IB-Control kunnen meerdere locomotieven tegelijk via een
regelaar worden gestuurd. Een loc kan zowel onder zijn
decoderadres als onder zijn virtueel adres aan een multi-tractie
worden toegevoegd.
Met deze zogenaamde multi-tractie kunnen tot 4 locomotieven
gezamenlijk worden bestuurd. In totaal zijn acht verschillende multi-
tractie samenstellingen te besturen.
4.5.1 Opzetten van een multi-tractie
• [lok#] -toets indrukken
• locadres ingeven
• [8] -toets indrukken
• [lok#] -toets indrukken
• [+] -toets indrukken
• onder de invoer „Multi-tractie" het adres voor de 2e loc invoeren.
• met de [+] -toets de volgende locs toevoegen
• met de [8] -toetsde invoer afsluiten
• met de [menu] -toets terug naar normaalbedrijf
Alle locomotieven binnen de multi-tractie kunnen nu gezamenlijk
worden bestuurd via de rijregelaar onder het adres van de „basisloc".
Met dezelfde methode kunnen meerder locomotieven aan een
bestaande multi-tractie worden toegevoegd.
Tijdens het bedrijf staat ter herkenning van een multi-tractie een „+"
in het display voor het adres van de „basisloc". Bovendien wordt de
snelheid automatisch omgezet op de procentuele aflezing.
18
IB-Control