Inhoudsopgave
Advertenties
Nr. /
Beschrijving van de fout
Impact
Fout die handmatige reset vereist
- 3 opeenvolgende mislukte opstarten.
- Gasklep ontregeld
101
Er wordt een fout vlamsignaal ontvangen (een
102
ionisatiestroom wordt ontvangen terwijl er geen
opdracht voor een vlam gegeven werd).
- Te veel vlamverlies in modules in een bepaalde
periode.
104
- Gasklep ontregeld
De feedback van de ventilator komt niet overeen
105
met de gewenste snelheid.
Detectie van herhaalde oververhitting van de rook.
107
Controle van het bedieningscircuit van de defecte
109
gaskraan
Controleer het geheugen van de mislukte kaart.
112
Zonder activiteit is de delta tussen aanvoer- en
115
retourtemperatuur te hoog.
De begintemperatuur verandert niet na het starten
116
van de brander.
De retourtemperatuur verandert niet gedurende 24
117
uur EN verandert ook niet binnen de 4 uur na het
starten van de brander.
Een incoherente temperatuurvariatie wordt
118
gedetecteerd op de aanvoer temperatuursensor
(bijv. variatie van meer dan 60°C in 1 seconde).
Een incoherente temperatuurvariatie wordt
119
gedetecteerd op de retour temperatuursensor (bijv.
variatie van meer dan 60°C in 1 seconde).
Controle van de besturingscircuit van de analoge
121
input is mislukt.
Veiligheidstemperatuur bereikt op de aanvoer of
retour (103°C).
132
Temperatuursensor van de aanvoer buiten het juiste
135
bereik, kortsluiting of open circuit.
Temperatuursensor van de retour buiten het juiste
136
bereik, kortsluiting of open circuit.
Detectie van herhaalde oververhitting in kring 2.
171
Controleer voor eventuele andere fouten de compatibiliteit van de kaart regeling met het product.
44
DIAGNOSE VAN STORINGEN EN INFORMATIE
Acties installateur
Controleer de aansluiting van de ontstekingskabel
(brander en schakelkast).
Controleer de gastoevoer.
Controleer de gasdruk,
Resetten van de gasklep
Controleer de aansluiting van de ontstekingskabel
(brander en schakelkast).
Controleer de condensafvoer.
Controleer de aansluiting van de ontstekingskabel
(brander en schakelkast).
Controleer de stookketel.
Controleer de condensafvoer.
Resetten van de gasklep
Controleer de ventilatoraansluiting.
Controleer de positie van de geluiddemper.
Controleer de stookketel.
Controleer de stookketel.
Controleer de aansluiting van de rookuitlaat
temperatuursensor.
Start het toestel weer op.
Vervang de elektronische kaart.
Start het toestel weer op.
Vervang de elektronische kaart.
Controleer de aansluiting en de positie van de aanvoer
temperatuursensor.
Controleer de aansluiting en de positie van de retour
temperatuursensor.
Zorg voor de juiste circulatie in de installatie (opening van
minstens één radiator, indien extra circulatie: controleer
de circulatierichting, installatie met één buis ...).
Controleer de aansluiting en de positie van de aanvoer
temperatuursensor.
Controleer de aansluiting en de positie van de retour
temperatuursensor.
Start het toestel weer op.
Vervang de elektronische kaart.
Controleer of de hydraulische kleppen van de ketel open
zijn.
Controleer of minstens één radiator geen thermostaatkop
heeft.
Controleer of er een bypass is.
Controleer de staat van de platenwisselaar (Vullen van de
primaire kring).
Controleer de aansluiting en de positie van de aanvoer
temperatuursensor.
Controleer de aansluiting en de positie van de retour
temperatuursensor.
Controleer de aansluiting en de positie van de
temperatuursensor van de kit twee kringen.
Controleer de confi guratie van kring 2 (max. instelpunt).
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
