3
Til de koelkastdeur op tot deze vrij is van de
onderste scharniermontage.
LET OP
• Plaats de deur op een niet-krassend oppervlak
met de binnenkant naar boven gericht.
De deur van de koelkast en
diepvries opnieuw aanbrengen
Monteer in omgekeerde volgorde van verwijderen
nadat het apparaat door alle toegangsdeuren is
geleid.
LET OP
• Installeer eerst de koelkastdeur.
OPMERKING
• Demontage/Montage van de waterleidingen
Klauwplaat
Buis
a
b
• Breng de buis voorzichtig in totdat slechts één
van de lijnen van de buis zichtbaar is. Trek aan de
buis om zeker te zijn dat ze stevig is
vastgemaakt.
Invoerlijn
Knijper
c
d
Juist
Niet juist
• Als het uiteinde van de waterslang beschadigd
is, dan dient het defecte gedeelte van de slang te
worden verwijderd zodat er na het opnieuw
monteren geen water uit de slang lekt.
Niet recht
Beschadigd
e
f
De waterleiding aansluiten
Deze functie is enkel beschikbaar op sommige
modellen.
Vereisten watertoevoer
Sluit het apparaat aan op een koudwatertoevoer
met een maximale toevoerdruk van ten hoogste
1,0 MPa. Voor een optimale werking van de
waterdispenser wordt een waterdruk tussen 138
kPa en 827 kPa aanbevolen. Als de koelkast wordt
geïnstalleerd in een gebied met lage waterdruk
(minder dan 138 kPa), kan een
drukverhogingspomp worden geïnstalleerd om de
lage druk te compenseren.
Indien u een omgekeerd osmose
waterfiltratiesysteem op uw koudwatertoevoer
aansluit, moet de waterdruk naar het omgekeerd
osmosesysteem ten minste 138 kPa bedragen.
WAARSCHUWING
• Trek de stekker van het apparaat uit het
stopcontact voordat u de koelkast op de
waterleiding aansluit. Als u dit niet doet, dan kan
dit een elektrische schok veroorzaken.
INSTALLATIE
15
Uitgerekt
g