De digitale filters gebruiken
Deze functie stelt u in staat geselecteerde opnamen te bewerken met digitale
filters om de kleur te wijzigen, e.d.
U kunt kiezen uit negen kleurenfilters: zwart-wit, sepia, rood, roze, paars, blauw,
groen, geel en soft.
1
Activeer de stand Q en kies met de vierwegbesturing (45)
de opname die u wilt bewerken.
2
Druk op de vierwegbesturing (3).
Het weergavestandpalet verschijnt.
3
Selecteer D (Digitaal filter) met de vierwegbesturing (2345).
4
Druk op de knop 4.
Het scherm voor selectie van een digitaal filter
verschijnt.
5
Kies een digitaal filter met
de vierwegbesturing (23).
U kunt het resultaat van het filtereffect vooraf
beoordelen.
6
Druk op de knop 4.
Er verschijnt een venster waarin om bevestiging
van het overschrijven van de opname wordt
gevraagd.
7
Selecteer [Overschrijven] of [Opslaan
als] met de vierwegbesturing (23).
Als de opname is beveiligd, verschijnt er geen
bevestigingsscherm. De opname wordt automatisch
opgeslagen met een nieuwe bestandsnaam.
8
Druk op de knop 4.
De bewerkte opname wordt opgeslagen met hetzelfde aantal opnamepixels en
hetzelfde kwaliteitsniveau als het origineel.
1, 2, 3, 5, 7
4, 6, 8
Diavoorstelling
Diavoorstelling
Diavoorstelling
MENU
Stop
Stop
Stop
MENU
Oorspronkelijk beeld
Oorspronkelijk beeld
Oorspronkelijk beeld
overschrijven?
overschrijven?
overschrijven?
Overschrijven
Opslaan als
MENU
Stop
Stop
Stop
OK
OK
OK
OK
6
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
129