Twee verschillende frequenties, een voor ontvangst en een andere voor
zenden, kunnen worden geregistreerd op een geheugenkanaal.
1.Registreer eerst de ontvangstfrequentie op een geheugenkanaal.Voor
meer informatie over het registreren bij een geheugenkanaal, raadpleeg
naar het geheugen‖ (pagina 33). Ga naar stap 2
2 Om een geheugenkanaal te bewerken dat al is geschreven. Houd de toets
[V/M(MW)] ingedrukt. De lijst met geheugenkanalen verschijnt.
3. Draai de DIAL-knop om het kanaalnummer te selecteren waarop de ont-
vangstfrequentie is geregistreerd bij stap 1, en druk op de DIAL-knop.
4. Draai aan de DIAL-knop om [EDIT] te selecteren en druk vervolgens op
de DIAL-knop.
5.Draai aan de DIAL-knop om [TX FREQ] te selecteren en druk vervolgens
op de DIAL-knop.
6.Stel de transceiver in op de gewenste zender frequentie.
7.Draai aan de DIAL-knop om [OK] te selecteren en druk vervolgens op de
DIAL-knop.
8.Het bevestigingsscherm wordt weergegeven, druk op de DIAL-knop. Het
scherm keert terug naar het scherm met de geheugenkanaallijst en de
ontvangstfrequentie wordt weergegeven aan de bovenkant en de zendfre-
quentie wordt weergegeven aan de onderkant.
9.Druk op de [DISP]-toets om de instelling te voltooien. Wanneer het ge-
splitste geheugen wordt opgeroepen, wordt [+/-] weergegeven
op het LCD-scherm.
Tijdens het gebruik van het gesplitste geheugen, om de zend- en
en ontvangstfrequenties tijdelijk om te keren:
[F(SETUP)] → [FUNCTION] → [REV]
Bij het omkeren van de frequenties gaat "[+/-] " knipperen.
Geheugen splitsen
43