De numerieke toetsen op de microfoon.
Druk op de numerieke toetsen ―0‖ tot ―9‖ om de frequentie in te voeren.
Voorbeeld: Om 145.520 MHz in te voeren:
[1]→[4]→[5]→[5]→[2]
Voorbeeld: Om 430.000 MHz in te voeren:
[4]→[3]→ [Houd een willekeurige numerieke toets ingedrukt]
Tijdens het invoeren van een frequentie met de numerieke toetsen,
kan de invoer worden geannuleerd door op de PTT-schakelaar of de
[BACK]-toets te drukken.
De draaifrequentiestap van de DIAL-knop kan worden gewijzigd . Gebruik normaal gesproken de
fabrieksinstelling "AUTO".
1.Druk op de [F(SETUP)]-toets en houd deze ingedrukt.
2.Draai aan de DIAL-knop om [CONFIG] te selecteren en druk vervolgens
op de DIAL-knop.
3.Draai aan de DIAL-knop om [7 STEP] te selecteren en druk vervolgens op
de DIAL-knop.
4.Draai aan de DIAL-knop om de frequentiestap in te stellen.
5.Druk op de [DISP]-toets om de instelling te voltooien.
_______________________________________________________________________________
De standaardinstelling van de frequentiestap is ingesteld op ―AUTO‖, dat automatisch
een geschikte frequentiestap levert volgens de frequentieband.
De frequentiestappen die kunnen worden geselecteerd, zijn afhankelijk van de fre
quentieband.
De frequentiestap wijzigen
24