2. Veiligheid
Minimale veiligheidseisen
WAARSCHUWING: onjuist gebruik van ventilatoren kan extreem gevaarlijk zijn.
Draaiende waaiers en assen kunnen ernstig letsel of de dood veroorzaken.
Correct gebruik
1. De ventilator is bedoeld voor het beluchten van ongemalen hele landbouwzaden en -granen in een
graansilo of andere graanopslagruimte. Elk ander gebruik is verboden en kan lichamelijk letsel of
schade aan de apparatuur veroorzaken.
2. Deze ventilatoren dienen permanent te worden geïnstalleerd en zijn niet bedoeld om te worden
verplaatst.
3. De uitlaat van de ventilator wordt geleverd zonder afscherming en is uitgevoerd voor rechtstreekse
aansluiting op een overgangskanaal, zodat medewerkers vanaf deze zijde geen toegang hebben.
Stel de ventilator nooit in bedrijf wanneer de uitlaat blootligt.
4. Indien de ventilator wordt aangesloten op een kanaal dat toegankelijk is voor medewerkers, is de
operator ervoor verantwoordelijk dat een geschikte beschermkap voor de uitlaat wordt aangeschaft
en gemonteerd. Deze beschermkap dient in het algemeen te voldoen aan de norm NEN-EN-ISO
13857:2008.
5. De installateur en de operator zijn ervoor verantwoordelijk dat de uiteindelijke installatie in
overeenstemming is met alle veiligheidsvereisten in deze handleiding en voldoet aan de essentiële
vereisten van Machinerichtlijn 2006/42/EG.
6. Gebruik de ventilator nooit als er afschermingen zijn verwijderd.
7. Ga nooit de graansilo of -opslagruimte binnen tenzij de voeding van de ventilator en alle andere
apparaten is UITGESCHAKELD, GEMARKEERD en VERGRENDELD.
8. Laat nooit iemand die niet getraind is of die jonger is dan 18 jaar de ventilator bedienen.
10
PNEG-1900CE-NL CE-goedgekeurde laagtoerige centrifugaalventilator - Installatie en bediening
Afbeelding 2A
(Zie afbeelding 2A.)