G-kalibratie
Calibrate Grav
Bovenste
alarmwaarde
Alarm Upper
Alarm Modus
Alarm Mode
Weergave Peak
Peak V. Hold
Fabrieksinstelling A
Factory Set A
Fabrieksinstelling B
Factory Set B
Fabrieksinstelling C
Factory Set C
Kalibratie
Calibrate
G-Bediener
User Gravity
Onderste
alarmwaarde
Alarm Lower
Ext. ingang
External Input
GEBRUIKSAANWIJZING
Krachtmeters PCE-DFG N Serie
Hoe hoger de sample rate, des te lager de nauwkeurigheid. Hogere sample
rates zijn geschikt voor dynamische metingen, terwijl lage sample rates
geschikt zijn voor statische en langzame metingen.
Hier wordt de graviteit van de kalibratielocatie ingevoerd.
De bovenste alarmwaarde is in te stellen op een waarde tot +/- 9999.9.
U kunt kiezen uit de volgende alarmmodi:
"Buiten", "Binnen", "Breuk" en "Uit".
Wanneer "Binnen" of "Buiten" gekozen is, wordt op het display informatie
over het alarm weergegeven.
Wanneer "Breuk" gekozen is, worden "Alarm Upper" en "Alarm Lower"
automatisch omgeschakeld naar „Riss Alarm" en „Riss Stop of Peak". Stel
deze beide parameters in. Wanneer de kracht het Riss Alarm bereikt, wordt
op het display een melding van het alarm gegeven.
Hier kan de weergave van de peakwaarde in-/uitgeschakeld worden.
Alleen relevant voor de fabrikant.
Alleen relevant voor de fabrikant.
Alleen relevant voor de fabrikant.
Druk op OK om de kalibratie te starten. Het kalibratieresultaat zal de
meetnauwkeurigheid beslissend beïnvloeden. U heeft twee mogelijkheden
voor de kalibratie:
1. De invoer van zekere data:
De bediener voert hier de zekere kalibratiedata zelf in. De kalibratie
geschiedt zonder aanvullende apparaten of gewichten.
2. Standaard kalibratie:
Hierbij wordt de krachtmeter gekalibreerd met behulp van
standaard kalibratie-apparatuur of -gewichten.
Hier voert u de graviteitswaarde van de meetlocatie. U kunt een waarde
instellen tussen 9,700 en 9,900 N/kg. Deze paarmeter dient ter
zwaartekracht-correctie. De formule die wordt gebruikt is als volgt:
Weergegeven waarde = meetwaarde + meetwaarde x (Graviteit kalibratie –
Graviteit bediener)
De onderste alarmwaarde is in te stellen op een waarde tot +/- 9999.9.
Hier kan de externe ingang/uitgang in- en uitgeschakeld worden. Wanneer u
hier heeft gekozen voor "ON", dan kan de externe schakelaar ingeschakeld
worden en gaat de krachtmeter in de curve-opname-modus.
Opmerking: De opnameduur hangt af van de sample rate. Opnameduur in
sec. = aantal opgenomen data/sample rate
13