Stoptijd (Stop time)
Tijd waarop de werking moet worden stopgezet (tijd waarop automatische uitschakeling in
werking treedt)
5
Ingesteld.
uur
▲ ▼ → ► → ▲ ▼ →
(Druk 2 keer om te beëindigen.)
Eindtijd (End time)
Tijd waarop de automatische uitschakeling wordt stopgezet
5
Ingesteld.
uur
▲ ▼ → ► → ▲ ▼ →
(Druk 2 keer om te beëindigen.)
Timer
Tijdsinterval waarmee de werkingsstatus wordt gedetecteerd na de
[Stop time] (Stoptijd)
5
Ingesteld.
▲ ▼ →
→
minuten
→
minuten
→
(Druk 2 keer om te
beëindigen.)
• 10 min tot 180 min
(in stappen van 10 min)
33
(NL)