Plafond- wandbevestiging
4.1 Voorbereidende werkzaamheden bij de wand
59500001
4. Wandbevestiging
Verankering met buisankers
•
Teken de boorgaten m.b.v. meegeleverde
sjabloon
geplande hoogte (afhankelijk van lamptype)
(zie hoofdstuk 4.2.1 voor hoogtegegevens).
•
∅ 25 mm (of iets groter) boort u 100 mm diep of
kapt u uit.
•
Leg de buisankers vlak met de wand of iets
dieper in de specie en laat deze goed uitharden
(afstand
nauwkeurig aanhouden).
•
Leg bij een vaste aansluiting de elektrische
leiding.
Verankering met contraplaat
Afhankelijk van de aanwezige stabiliteit kan een
wandmontage met contraplaat noodzakelijk zijn:
•
Leg de nauwkeurige positie van de OK-lamp
vast.
•
Leg bij een vaste aansluiting de elektrische
leiding.
•
Plak de meegeleverde boorsjabloon op de
wand.
•
Boor de twee gaten ∅ 12 mm op een afstand
van 190 mm. Houd bij het boren de afstanden
tussen de gaten zo nauwkeurig mogelijk aan.
De contraplaat kan bij afwijkingen tot 20 mm
worden gemonteerd.
De latere elektrische aansluiting geschiedt via een
in de fabriek gemonteerde 2 m lange kabel met
randaardestekker op de wandarm.
Er moet worden gecontroleerd of binnen dit bereik
een stopcontact met randaarde aanwezig is.
Als de lamp direct moet worden aangesloten, moet
de
bevestigingsschroeven liggen (zie deel Elektrische
aansluiting
leidingdoorsnede).
Neem goed nota van de aanwijzingen van
de dealer!
Uitgave 01
Dr. Mach
nauwkeurig
verticaal
190
mm
en
netaansluiting
tussen
voor
dienovereenkomstige
24.10.01 / Bak pagina 14/36
Lampen + techniek
af
op
de
verticale
positie
de
beide