Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

KROHNE ALTOSONIC V12 Handboek pagina 122

Inhoudsopgave

Advertenties

SET-UP VAN HET MODBUS PROTOCOL
10
• Discrete ingangen: gegevens van logische (oftewel binaire, Booleaanse of AAN/UIT)
ingangen. Van nature zijn de gegevens in dit gebied bestemd voor "alleen-lezen": de master
heeft alleen toegang tot het lezen van deze gegevens.
• Coils: logische (oftewel binaire, Booleaanse of AAN/UIT-) uitgangen. Het mastertoestel kan
de huidige staat van een uitgang lezen, maar kan de staat van een uitgang ook instellen of
veranderen.
• Invoerregisters: gegevens, bijvoorbeeld afkomstig van elektrische ingangen van de slave of
resultaten van berekeningen in de slave, kunnen worden opgeslagen in "invoerregisters".
Van nature zijn de gegevens in dit gebied bestemd voor "alleen-lezen": de master heeft alleen
toegang voor het lezen van deze gegevens.
• Holdingregisters: de master heeft toegang tot dit gebied om de gegevens te lezen, maar ook
om de waarde van gegevens in te stellen of te veranderen (schrijven).
Aangezien deze registergroepen in kennelijk verschillende geheugens zitten, kunnen de
adressen elkaar overlappen: er kan bijvoorbeeld een invoerregister met adres 100 bestaan en
tegelijkertijd een holdingregister met adres 100. Dit zijn niet dezelfde adressen: welk adres
geselecteerd wordt voor een handeling is inbegrepen in de functiecode, die bijvoorbeeld verwijst
naar een invoerregister of een holding register.
De ALTOSONIC V12 gebruikt geen discrete ingangen of coils, maar alleen invoerregisters en
holdingregisters.
Variabelen worden gegroepeerd volgens het gegevenstype en afhankelijk daarvan of ze
invoerregisters (alleen-lezen gegevens) of holdingregisters (gegevens lezen/schrijven) zijn. Aan
elk type variabele wordt een adressenbereik toegewezen, onderverdeeld in invoerregisters
(alleen-lezen) en holdingregisters (lezen/schrijven).
De adressenbereiken van invoerregisters en holdingregisters van de ALTOSONIC V12
overlappen elkaar niet. Toegang tot een specifiek registeradres is derhalve ondubbelzinnig. De
functies "register lezen" en "invoer lezen" kunnen beide worden gebruikt om daadwerkelijk
toegang te krijgen tot hetzelfde register/adres. In deze toepassing moeten functies echter toch
nog consistent worden gebruikt met het type geheugen waarvoor ze bedoeld zijn.
In het master- en het slaveregister worden adressen benoemd (geteld) vanaf 1. Het
adressenbereik dat gebruikt wordt in het bericht gedurende de transmissie begint echter vanaf
0. Wanneer bijvoorbeeld adres 4001 wordt genoemd, is het adres dat daadwerkelijk aanwezig is
in het bericht adres 4000.
Op toepassingsniveau zal de gebruiker dit niet merken, aangezien bij de codering en decodering
van het bericht deze offset van 1 in aanmerking genomen wordt. Als het bericht - zoals het
verzonden wordt - geanalyseerd en gecontroleerd wordt, moet men zich echter bewust zijn van
deze offset.
Wanneer functies die geen gegevensverspreidingsverzoeken ondersteunen worden benaderd
met een berichtverspreidingsadres, wordt het verzoek genegeerd.
122
www.krohne.com
ALTOSONIC V12
08/2013 - 4002644201 - MA ALTOSONIC V12 R02 nl

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave