levensduur verkorten en lekkage, oververhitting en ontploffing van de batterij tot gevolg hebben.
De batterij is bij verscheping uit de fabriek niet opgeladen. Laad de batterij vóór gebruik op.
■ Opmerkingen over de batterij
De batterij verliest geleidelijk haar lading, zelfs wanneer ze niet wordt gebruikt. Laad de batterij een of twee dagen vóór
gebruik op.
De levensduur van de batterij kan worden verlengd door de camera uit te schakelen wanneer hij niet wordt gebruikt.
De capaciteit van de batterij neemt bij lage temperaturen enigszins af; een lege batterij werkt vaak helemaal niet meer
wanneer het koud is. Bewaar een volledig opgeladen reservebatterij op een warme plaats en verwissel de batterij wanneer
dat nodig is, of plaats de batterij pas vlak voordat u gaat fotograferen in de camera. Voorkom dat de batterij in direct contact
komt met handenwarmers of andere verwarmingsapparaten.
■ De batterij opladen
Laad de batterij op met de meegeleverde USB-kabel. De laadtijd neemt toe wanneer de omgevingstemperatuur lager is dan
+10 °C of hoger dan +35 °C. Probeer de batterij nooit op te laden bij een temperatuur boven 40 °C; opladen is niet mogelijk
bij een temperatuur onder +5 °C.
Probeer nooit een volledig opgeladen batterij op te laden. De batterij hoeft echter ook niet volledig ontladen te zijn om te
worden opgeladen.
De batterij kan onmiddellijk na het opladen en tijdens gebruik enigszins warm aanvoelen. Dit is normaal.
■ Levensduur van de batterij
Bij normale temperaturen kan de batterij minimaal 300 keer worden opgeladen. Wanneer de batterij steeds minder lang haar
lading kan vasthouden, is dat een indicatie dat het einde van de levensduur van de batterij is bereikt en dat de batterij moet
worden vervangen.
■ Bewaring
De prestaties van de batterij kunnen verslechteren als de batterij gedurende een langere periode in volledig opgeladen
toestand ongebruikt blijft. Ontlaad de batterij volledig voordat u deze opbergt.
Wanneer de camera gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt, neem dan de batterij eruit en bewaar ze op een droge
plaats met een omgevingstemperatuur van +15 °C tot +25 °C. Bewaar de batterij niet op plaatsen waar ze wordt blootgesteld
aan extreem hoge temperaturen.
■ Waarschuwingen: De batterij hanteren
• Plak geen stickers of andere voorwerpen op de batterij.
• Scheur of trek de etiketten niet van de batterij.
• Houd de polen van de batterij schoon.
• De batterij en de camera kunnen bij intensief gebruik enigszins warm aanvoelen. Dit is normaal.
■ Afvalverwijdering
Lever lege batterijen in volgens de plaatselijke regels.
■ De keurmerken van de camera bevinden zich in de filmkamer.
Dit symbool op de batterijen of accu's geeft aan
dat de batterijen niet als huishoudelijk afval
behandeld mogen worden.
In landen buiten de Europese Unie, Noorwegen,
IJsland en Liechtenstein:
Indien u dit product, inclusief de batterijen of accu's, wenst
weg te gooien, neem dan contact op met uw plaatselijke
autoriteiten en vraag informatie over de juiste manier om
dit product te verwerken.
EN
35