6
Maak de tweede opname.
Kader op de voorbeeldweergave het beeld voor het maken van de
tweede opname zo uit dat de weergave van de eerste opname links op
de monitor gedeeltelijk wordt overlapt. Herhaal stap 4 en 5 om de
tweede opname te maken.
De samengevoegde eerste en tweede opname verschijnen op het
scherm (Momentcontrole) en worden vervolgens opgeslagen.
• Om bij het maken van de tweede opname vervorming tot een minimum
te beperken, moet u de camera rond de rechterkant van de
voorbeeldweergave op het scherm draaien.
3
• Er kan vervorming ontstaan bij bewegende voorwerpen, zich
herhalende patronen of als er niets aanwezig is bij het overlappen van
de eerste en de tweede opname in de voorbeeldweergave.
• Als de functie Gezichtsdetectie (p.76) is ingeschakeld, werkt die
functie alleen voor de eerste opname (Knipperdetectie werkt niet).
• De samengevoegde opnamen worden opgeslagen met een
pixelgrootte van f (2592×1944).
De functie stopzetten nadat de eerste opname is gemaakt
1
Als het opnamescherm voor de tweede opname wordt
weergegeven in stap 5 op p.101, drukt u op de knop 4.
Er verschijnt een bevestigingsvenster.
2
Gebruik de vierwegbesturing (23)
om een optie te selecteren en druk
op 4.
Opslaan
Annuleren
Onderbreken Hiermee gaat u terug naar het
102
De eerste opname opslaan en
een nieuwe eerste opname
maken. De eerste opname wordt
opgeslagen bij h (2048×1536).
De eerste opname wissen en een
nieuwe eerste opname maken.
opnamescherm voor de tweede
opname.
Opname(m) opslaan
Opname(m) opslaan
en afsluiten?
en afsluiten?
Opslaan
Annuleren
Onderbreken
OK
OK
OK