6.6 E
EN SNELKIESNUMMER INVOEREN
De telefoonlijst van de centrale biedt ruimte voor 40 nummers van ieder maximaal 20 cijfers. Met behulp van
de software art. 1296 is het mogelijk een naam van maximaal 16 alfanumerieke tekens aan de nummers te
koppelen. Deze nummers worden gecontroleerd door de filters op uitgaande oproepen.
In het geval dat er partities zijn gemaakt, beschikt iedere partitie over 20 nummers.
OPDRACHT
7
6
a
Ga als volgt te werk als u snelkiesnummers, zogenoemde SOS-nummers, waarop geen filters actief zijn, wilt
invoeren:
OPDRACHT
7
6
a
b
6.7 N
IET STOREN
Als u deze functie activeert, gaat het interne toestel niet over bij oproepen van een buitenlijn en van de
deurtelefoon.
Als u de hoorn opneemt, hoort u een attentietoon die aangeeft dat de functie actief is.
BESCHRIJVING
De functie "Niet storen door buitenlijn"
deactiveren
De functie "Niet storen door buitenlijn"
activeren
De functie "Niet storen door
deurtelefoon" deactiveren
De functie "Niet storen door
deurtelefoon" activeren
6.8 D
OORSCHAKELEN NAAR INTERN TOESTEL
Oproepen naar een intern toestel kunnen worden omgeleid naar een ander intern toestel. De oproepen
kunnen onmiddellijk of na vijf keer overgaan, gelijk aan ongeveer 25 seconden, worden doorgeschakeld.
BESCHRIJVING
Deactiveren
Onmiddellijk doorschakelen activeren
Na vijf keer overgaan
doorschakelen activeren
(OP)
b
c
...
#
c
...
#
*
OPDRACHT
7
7
7
7
OPDRACHT
7
7
7
7
7
PARAMETERWAARDEN
a b = 01÷40 (index van snelkiesnummer)
c = SOS-telefoonnummer (max. 16 cijfers)
PARAMETERWAARDEN
a b = 01÷40 (index van snelkiesnummer)
c = SOS-telefoonnummer (max. 16 cijfers)
7
0
7
1
7
2
7
3
7
4
5
a
b
a b = 01÷08 (intern toestel)
6
a
b
a b = 01÷08 (intern toestel)
MT CT 01
PARAMETERWAARDEN
PARAMETERWAARDEN
43
MT CT 01