OMTRENT ULTRASONE THERAPIE
• Dit toestel moet worden gebruikt bij een temperatuur tussen 15 en 40 °C (tussen 59 en 85 °F) en verplaatst en opgeslagen bij een temperatuur tussen -7 en 43 °C
(tussen 20 en 110 °F). De relatieve vochtigheid moet tussen 30% en 60% liggen.
• Indien men twijfelt aan de integriteit van de externe beschermende aardverbinding moet het toestel met de interne elektrische voedingsbron worden bediend.
• De batterijdoos moet worden verwijderd indien u het toestel gedurende langere tijd wegbergt.
• Het toestel en de toebehoren mogen NIET worden gedemonteerd, aangepast of omgewerkt. Dit kan leiden tot schade aan of storingen van het
toestel, alsook tot elektrische shock, brand of persoonlijke letsels.
• Gebruik of onderhoud van het Intelect Mobile Ultrasound-toestel en van de toebehoren dat niet conform de instructies in deze handleiding is,
leidt ertoe dat de geldigheid van deze waarborg vervalt.
• De afdekkap NIET verwijderen. Dit kan leiden tot schade aan of storingen van het toestel, alsook tot elektrische shock, brand of persoonlijke
letsels. Het toestel bevat geen onderdelen die door de gebruiker kunnen worden vervangen of gerepareerd. In geval van storingen moet het
gebruik onmiddellijk worden stopgezet en de verdeler worden geraadpleegd voor reparatie.
• GEEN enkel vreemd voorwerp of vloeistof mag in het toestel terechtkomen. Zorg ervoor dat er geen enkel vreemd voorwerp - met inbegrip van maar niet
beperkt tot ontvlambare stoffen, water en metalen voorwerpen - in het toestel terechtkomt. Dit kan leiden tot schade aan of storingen van het toestel, alsook tot
elektrische shock, brand of persoonlijke letsels.
• Indien u problemen ervaart bij het bedienen van het toestel na deze gebruikershandleiding zorgvuldig te hebben gelezen, gelieve dan contact op te nemen met
uw verdeler van de Chattanooga Group voor hulp.
• Dit toestel produceert, gebruikt en straalt radiofrequentie-energie uit, en - indien het toestel niet volgens de aanwijzingen wordt geïnstalleerd en gebruikt - kan
het schadelijke interferentie veroorzaken aan andere toestellen in de nabijheid. Men kan echter niet verzekeren dat interferentie niet optreedt bij een bepaalde
installering. Schadelijke interferentie aan andere toestellen kan worden vastgesteld door dit toestel aan en uit te zetten. Probeer de interferentie te corrigeren
aan de hand van een van de volgende mogelijkheden: heroriënteer of verplaats het ontvangende toestel, plaats de toestellen verder uit elkaar, sluit het toestel
op een stopcontact van een ander circuit aan dan het stopcontact waaraan het (de) andere toestel(len) is (zijn) aangesloten en/of raadpleeg een technicus van
het bedrijf voor hulp.
• Gebruik van onderdelen of materialen die niet van Chattanooga Group zijn, kunnen de minimale veiligheid verminderen.
• Gebruik dit toestel niet in de nabijheid van andere toestellen die elektromagnetische energie op onbeschermde wijze uitstralen. Voor elektromedisch materiaal
gelden speciale voorzorgsmaatregelen met betrekking tot EMC. Het materiaal moet volgens de EMC-gegevens in deze handleiding geïnstalleerd en in gebruik
genomen worden.
• Verwijder batterijpak als de eenheid niet voor een uitgebreide periode moet worden gebruikt.
OPGELET
4
Intelect ® Mobile Ultrasound