Gebruik:
De opstelling mag nooit, ook niet bij wijze van proef, voor een ander doeleinde worden gebruikt dan
waarvoor hij is bedoeld (hier: MIG/MAG- lassen).
Beschermgasflessen:
Buitengewone voorzichtigheid is geboden bij de omgang met gasflessen. De beschermgasflessen
bevatten onder druk staand gas en kunnen bij beschadiging exploderen. Aangezien
beschermgasflessen onderdeel uitmaken van de lasuitrusting, dienen ze zeer voorzichtig behandeld
te worden.
Beschermgasflessen met samengeperst gas beschermen tegen te hoge temperaturen, open
vlammen, vonken, mechanische schokken, vuil en lasbogen.
De beschermgasfles loodrecht monteren en volgens de gebruiksaanwijzing bevestigen zodat deze
niet kan omvallen. De lastoorts niet op de beschermgasfles hangen. De beschermgasfles niet met de
laselektrode aanraken.
Explosiegevaar – nooit aan een beschermgasfles lassen die onder druk staat.
Alleen passende, bijbehorende hulpstukken (regelaar, slangen, fittingen etc.) gebruiken.
Beschermgasflessen en bijbehorende hulpstukken alleen gebruiken als ze in goede staat zijn.
Indien het ventiel van de beschermgasfles wordt geopend, het gezicht van de uitlaat wegdraaien.
Na gebruik het ventiel van de beschermgasfles sluiten.
Beschermgasfles alleen opbergen met een vastgeschroefde dop.
Let op: Tijdens alle onderhoudswerkzaamheden het apparaat van het stroomnet loskoppelen (stekker er
uit trekken)
Alleen personen boven de 18 jaar mogen met deze opstelling werken. Jongeren onder de 18 jaar mogen dit
enkel onder toezicht ten behoeven van hun opleiding indien hun veiligheid door een leidinggevende wordt
gewaarborgd en de luchtmetingen voor ongezonde stoffen niet wordt overschreden.
Verder de BGV D1 „lassen, snijden en bijbehorende handelingen" in acht nemen.
4