3 Ingebruikname
3.1 Batterij
De Laagdiktemeter PCE-CT 30 wordt gevoed door een 9V blokbatterij.
Indien het batterijsymbool verschijnt op het display van het apparaat, dient u de batterij te
vervangen. Het is nog mogelijk metingen uit te blijven voeren, tot het apparaat begint te piepen en
zichzelf vervolgens uitschakelt.
Let op: Batterijen mogen niet bij het huisvuil, maar moeten ingeleverd worden bij een daarvoor
bestemd inzamelpunt.
3.2 In- en uitschakelen van het apparaat
Het inschakelen van het apparaat geschiedt via de ON/OFF toets, of rechtstreeks door het plaatsen
van de meetsonde op het meetobject. Op het display verschijnt "Cd3" en vervolgens de laatste
meetwaarde.
Uitschakelen geschiedt automatisch na ca. 40 sec. van niet-gebruik. U kunt er ook voor kiezen de
ON/OFF toets ca. 3 sec. lang ingedrukt te houden.
3.3 Instellingenmenu
Door meerdere malen op de Mode-toets te drukken komt u in het instellingenmenu. Met een druk
op Enter selecteert u de desgewenste optie, met de Mode-toets wijzigt u de instelling. Door
nogmaals op Enter te drukken wordt de wijziging opgeslagen. In het menu kunt u de volgende
instellingen wijzigen:
rST
-Resetten van de gemiddelde waarde van de metingen (YES – Ja, no – nee)
GAG
-Bedrijfsmodus (AUT – Automatisch, FE – alleen staal of ijzer, nFE – alleen aluminium, koper,
etc.)
Mod
-Meetmodus (PnT – één-puntmeting, CnT – continu meting, op het display wordt CONT
weergegeven)
UnT
-Selecteren van de meeteenheid (25.4 - µm/mm, 1.00 – mil)
bEP
-In-/uitschakelen van de toets pieptoon (On – aan, OFF – uit)
Sn
-Weergave van het serienummer van het apparaat
GEBRUIKSAANWIJZING Laagdiktemeter PCE-CT 30
5