Onderhoud
aandrijfsysteem
De wielen/banden
controleren
Onderhoudsinterval: Na de eerste 8
bedrijfsuren—Draai de wielmoeren
aan.
Om de 100 bedrijfsuren—Draai de wielmoeren
aan.
Om de 100 bedrijfsuren—Conditie en afslijting
van de banden controleren.
Draai de moeren van de voorwielen vast met een
torsie van 75 tot 102 N·m en de moeren van de
achterwielen met een torsie van 95 tot 122 N·m.
Ongelukken tijdens werkzaamheden, zoals een
botsing tegen een trottoirband, kunnen een band of
een velg beschadigen en de wieluitlijning verstoren.
Daarom moet u na een ongeluk de conditie van de
banden controleren.
Aanbevolen smeermiddel
van de planeetwielaandrij-
ving
SAE 85W-140 transmissieolie
Het smeermiddel van de
planeetwielaandrijving
controleren
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
Figuur 92
1.
Met de machine op een egale ondergrond zet u
het wiel zodanig dat de vulplug zich bovenaan
bevindt (12 uur) en de aftapplug onderaan (6
uur)
(Figuur
1. Vulplug (bovenaan)
2. Controleplug
3. Aftapplug (6-uurstand)
2.
Verwijder de controleplug
Het smeermiddel moet tot onderaan de
schroefdraad in de opening van de controleplug
komen.
1. Controleplug
3.
Controleer de O-ringen van de controleplug op
schade.
g238953
Indien de O-ring beschadigd is, moet u deze
vervangen.
4.
Als het peil van het smeermiddel te laag is,
verwijder dan de vulplug en vul bij met het
aanbevolen smeermiddel tot dit uit de opening
70
93).
Figuur 93
(Figuur
50).
Figuur 94
2. Opening van controleplug
(smeermiddel planeetwiel)
g238952
g238949