1
De vulfitting van de
spuittank monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
1
Snelkoppelfitting
Procedure
Opmerking:
U hebt een slang nodig met een
mannelijke NPT draadaansluiting van 1" en PTFE
schroefdraadafdichting.
1.
Verwijder vooraan aan de rechterkant van het
tankdeksel de 2 haarspeldveren waarmee de
vergrendelingen voor de snelkoppeling van de
antioverloopaansluiting bevestigd zijn
1. Snelkoppelfitting
2. Haarspeldveren
2.
Draai de vergrendelingen open om de
snelkoppelfitting los te maken van de
snelkoppeling
(Figuur
3.
Neem de snelkoppelfitting van de snelkoppeling
(Figuur
3).
4.
Sluit de vergrendelingen en monteer de
haarspeldveren in de flenzen van de
snelkoppeling
(Figuur
5.
Breng PTFE schroefdraadafdichting
aan op de schroefdraden van de fitting van de
vulslang (1" – NPT draad).
(Figuur
Figuur 3
3. Vergrendelingen
(snelkoppeling)
3).
3).
(Figuur
1. PTFE schroefdraadafdich-
ting
2. Fitting van vulslang (1" –
NPT draad)
6.
Draai de snelkoppeling met de hand vast op de
vulslang
(Figuur
2
3).
De veren van het
spuitboomscharnier
controleren
Geen onderdelen vereist
Procedure
Belangrijk:
Als het spuitsysteem wordt gebruikt
terwijl de veren van het spuitboomscharnier de
verkeerde compressie hebben, kan de spuitboom
schade oplopen. Meet de veren en draai indien
nodig de contramoer aan om de veren samen te
drukken tot 4 cm.
g242085
De spuitmachine wordt geleverd met de
verlengstukken van de spuitbomen naar voren
geklapt, om de machine gemakkelijk te kunnen
verzenden. De veren zijn in de fabriek niet helemaal
vastgezet om de spuitbomen voor vervoer in deze
stand te zetten. Voordat de machine in gebruik wordt
genomen, moet de compressie van de veren correct
worden ingesteld.
1.
U moet indien nodig het verpakkingsmateriaal
verwijderen waarmee de rechter- en de
linkerspuitboom tijdens het vervoer zijn
vastgezet.
2.
Ondersteun de spuitbomen als zij worden
uitgeklapt in de spuitstand.
4)
3.
Meet bij het spuitboomscharnier de compressie
van de bovenste en de onderste veren als de
spuitbomen zijn uitgeklapt
14
Figuur 4
3. Snelkoppelfitting
4).
(Figuur
5).
g191615