54
Druk eventueel op
geven, en kies het toestelnummer, bijvoorbeeld Toestel 24.
Omroep aan
Toestel 20
Toestel 21
Toestel 22
Druk op Omroepinstallatie afwezig om eventueel geprogrammeerde
omroepinstallaties te wissen of druk op Terug om terug te keren
naar het systeemprogrammeringmenu.
7.15
Nummer opslag
Met deze functie kunt u aangeven of de nummerlijsten alleen
onbeantwoorde of alle oproepen moeten opslaan.
Kies de optie
Alle oproepen opslaan
Onbeantw. oproepen ops.
– Terug
Kies de gewenste optie door op de juiste toets te drukken.
7.16
Verkeersklasse codes
Met deze functie kunt u de extra nummers ingeven voor verkeers-
klasse 5 en 6 (zie paragraaf 2.70, Verkeersklassen). In tabel 5 staan
de extra toegelaten nummers en in tabel 6 kunt u de nummers
zetten die altijd geblokkeerd moet worden, bijvoorbeeld koopnum-
mers.
Kies een tabel
– Tabel 5
– Tabel 6
– Terug
Kies de tabel door het indrukken van de juiste toets, bijvoorbeeld
Tabel 5.
Geef index 01 - 50
– Terug
Kies het index nummer dat u wilt programmeren. In elke tabel kunt
u vijftig nummers opslaan.
- - - - - -
– Bevestigen
– Wijzig
– Terug
Voer het telefoonnummer in en druk op Bevestigen om de program-
mering op te slaan en terug te keren naar het menu. Indien er al een
telefoonnummer staat dan kunt u dit wissen door Wijzig te kiezen.
om de hogere toestelnummers weer te
Toestel 23
Toestel 24
Toestel 25